zondag 27 november 2022

Herfstbladeren

Voor mijn deur had zich een goudbruine bladerberg verzameld, aangewaaid door de herfst. Het dode blad was van een gebalsemde schoonheid. Minder mooi was dat bij het openen van de voordeur steeds een deel van die herfsttooi meekwam. Een en ander zorgde voor een dilemma, want in tegenstelling tot de buitenboel zie ik mijn interieur graag opgeruimd. Daarom stapte ik met bezwaard gemoed en de bezem in de hand naar buiten om, met excuses aan Moeder Natuur, de bladerhoop op te vegen en vervolgens in de groencontainer te kieperen. Mijn entree lag er weer spic en span bij.
     Een uur later lagen er echter weer een paar blaadjes voor de ingang, want tsja: herfst. Vijf stuks welgeteld. Het vreemde was dat die vijf bladeren direct een doorn in mijn oog waren. Nu ik mijn hofje had ontdaan van een heuse berg herfstafval, was ik ineens overgevoelig voor losliggend blad! Mijn regelzucht en behoefte aan ordening hadden me dus in de problemen gebracht. (Trek dit voorbeeld gerust door naar grote wereldproblemen waaraan menselijk ingrijpen debet is.) Geërgerd raapte ik die paar blaadjes op. Een, twee, drie, vier en vijf. En dat zal ik wellicht de hele herfst en begin van de winter moeten doen - van mezelf.
     Daarom een ongevraagd advies. Stoor je niet aan gevallen herfstblad, het tekent het seizoen zo fraai. Laat het buiten gerust ophopen, desnoods tegen je voordeur. Zorg vooraf wel voor voldoende proviand, maar doe daarna voor niets of niemand meer open. Begraaf je als het ware onder je huiselijke bladerdek en hou je geruime tijd koest. Doe als een egel, dé manier om de wereld te redden.
     Dus tot later. 

Tijdens de winterslaap verlagen egels hun ademhaling, daalt hun hartslag
 tot een paar slagen per minuut, zakt hun lichaamstemperatuur 2 tot 5 graden
 en stopt hun stofwisseling bijna helemaal. Het is alleen een fabel dat ze
 de hele winter doorslapen. Elke 7 à 10 dagen worden ze wakker.
Meestal blijven ze dan gewoon in hun (blader)nest om lekker verder te tukken.
Maar het gebeurt ook dat ze echt wakker worden en gaan scharrelen. 
Tekst & foto: Natuurmonumenten






zondag 20 november 2022

Stemverheffing

Ik trok een nummertje en nam plaats op een van de zitjes aan de raamkant van de apotheek. Er waren vier wachtenden voor mij. Drie apothekersassistentes stonden achter de balie, dus lang zou het niet duren.
     Prrrzzzoet, daar ging de eerste zoemer al en een van de wachtenden, een beschaafd ogende zeventiger, richtte zich op en liep naar de desk die zich op ongeveer vijf meter afstand bevond. Daar aangekomen hoorde ik hem duidelijk articuleren: ‘Ik kom hier met een vraag. Vorige week moest ik in het ziekenhuis een besnijdenis ondergaan.’ Mijn oren bewogen als die van een kat. ‘Ter nabehandeling kreeg ik van u flusoline’ De precieze naam van het medicijn weet ik niet meer, misschien ging het wel gewoon om vaseline. Daarna volgden enkele zinnen die ik niet goed kon volgen. Toen echter ving ik duidelijk op: ‘Het gaat om dat stukje vlees vlak achter de eikel. Moet ik dat nu vochtig houden of juist droog?’ Ik kromp ineen, keek weg. Ook bij de andere wachtenden bespeurde ik ongemak.
     Dat dit vertrouwelijke gesprek over enkele meters hoorbaar was, had twee redenen. Ten eerste was het juist op dat moment muisstil in de apotheek. Maar de grootste boosdoener was het transparante scherm dat boven de balie hing. Weliswaar was het mogelijk om via openingen aan de zijkant van deze viruswerende plaat de boodschap op meer gedempte toon over te brengen, maar dat had genoemde senior niet in de smiezen. In plaats daarvan meende hij juist met stemverheffing te moeten praten om verstaanbaar te zijn voor de assistente achter het scherm. En ja, als jouw fraai gearticuleerde, lijfelijke details dan via het plexiglas de wereld in kaatsen, sta je gevoelig voor lul.  

zondag 13 november 2022

Sportfestijn?

Over het aanstaande WK-voetbal is veel te doen. Er zouden in tien jaar tijd 6500 arbeiders zijn omgekomen bij de bouw van stadions. Een paar dagen terug hoorde ik de grootste populist van Nederland, Johan Derksen, dit aantal met een geheven vingertje noemen. En dan weet je dat hele volksstammen dit klakkeloos overnemen. 
     6500 bouwvakkers binnen tien jaar betekent 650 per jaar, wat weer inhoudt dat bijna 55 mannen per maand van de steigers vielen. Dat vind ik verdacht veel. Als ergens op de wereld een groep mijnwerkers omkomt, staan de kranten er vol van. Maar als in een oliestaatje maandelijks vele tientallen bouwvakkers verongelukken hoor je er weinig over - tot het WK in zicht kwam.
     Nu wil ik de ellendige omstandigheden waarin veel arbeidsmigranten op het Arabische schiereiland verkeren beslist niet bagatelliseren. (Ook niet van 'onze' gastarbeiders, toen en nu.) Maar de mens is van nature een opportunist die, zeker bij een kommervolle thuissituatie, op zoek gaat naar iets beters. Helaas valt het resultaat nogal eens tegen. Veel op drift geraakte Bengalezen en Nepalezen worden in oorden als Qatar, Bahrein en Dubai stevig uitgebuit. Ze werken er onder verstikkende omstandigheden waardoor velen creperen of zelfs sterven. De meesten aan ziektes, kwalen, uitputting, stress, misdaad, heimwee, verdriet, zelfmoord of verkeersongelukken. In Qatar alleen al was vijfenzestighonderd het veelgenoemde sterftecijfer over de laatste tien jaar. Volgens meerdere onderzoeken kwam een klein deel van hen om tijdens de bouw van voetbalstadions. Dat laatste blijft natuurlijk schokkend, maar 6500 doden of een klein deel daarvan is best een verschil. 
     Voor dit soort nuance moet je natuurlijk niet bij meningenkanon Johan Derksen zijn. Maar die heb je ook helemaal niet nodig. Naast het genoemde arbeidersleed zijn er namelijk genoeg redenen te bedenken om faliekant tegen een 'gekocht' sportfestijn te zijn, gehouden in een steenrijk oliestaatje vol middeleeuws gedachtegoed. Maar dat alles maakt de aanstaande wereldkampioen vast niets uit. Geen bal, zogezegd.

zondag 6 november 2022

Louis van Gaal

Tijdens ons loopje door Noordwijk aan Zee moet mijn begeleidster ineens hoognodig plassen. We staan recht voor de hoofdingang van het met vijf sterren (plus één Michelinster) pronkende Grand Hotel Huis ter Duin, als de natuur roept. Ietwat beschroomd betreden we de rode loper van het bordes en vervolgens de chique lobby. Ik verwacht streng aangesproken te worden door een portier die ons – sjofel gekleed – vraagt wat we hier in hemelsnaam dachten te komen doen. Niets van dat al. Vriendelijk lachen de talrijke, prettig ogende medewerkers ons toe en C. kan ongehinderd naar het toilet, omgeven door luxe porselein en gouden kranen.
     Ik blijf ergens in de centrale ruimte staan en zuig met achterlangs gekruiste armen de grandeur op. Gemarmerde vloeren waarop dikke tapijten, warme tinten alom, fraaie kunst aan de muren, kroonluchters, imposante bloemboeketten, dat werk. Al gauw gaan mijn gedachten naar ons nationale voetbalteam. Dit grote, luxueuze logement was immers in het verleden vaak de verzamelplaats van Oranje. Van hieruit bereidden spelers en staf zich voor op belangrijke toernooien. Ik zie de heren voetballers al een voor een met Louis Vuitton-rolkoffers hun intrede doen. Designerszonnebrillen op en oortjes in, dat laatste om contact te houden met het aardse. En ineens ontwaar ik tussen deze verveelde miljonairs onze huidige bondcoach, in mijn optiek het meest bespottelijke ego uit de nationale voetballerij en ver daarbuiten.
     Gelukkig brengt mijn begeleidster mij terug in de werkelijkheid; ze tikt op mijn schouder, is klaar. We besluiten via de achteruitgang Grand Hotel Huis ter Duin te verlaten. Langs mondaine terrassen en statig lange trappen dalen we af naar het Noordzeestrand. Ik weet dat in het recente verleden onze topvoetballers hier in het rulle zand op een speelse manier hun laatste oefeningen afwerkten alvorens op weg te gaan naar de glorie - of niet. 
     Iets verderop, op de vloedlijn, zie ik een transparant grijsblauwig ‘iets’ liggen. Het blijkt een aangespoelde kwal. En wederom doemt bij mij het beeld op van onze bondscoach.

Filmpje zien van dit hotel? Klik HIER