donderdag 28 juni 2018

Weldoeners gevraagd

Laat ik er niet omheen draaien: ik zoek een of meerdere geldschieters. Weldoeners eigenlijk. Ik sta namelijk voor vier projecten waar ik extra pegels voor behoef. Het is aan de begunstiger welk project hij of zij wenst te steunen, want ach, daar is men natuurlijk geheel vrij in.
Ten eerste wil ik een roadtrip door de VS maken van de oost- naar de westkust. Kost pakweg 4000 euro. Als tegenprestatie beloof ik mijn weldoener(s) dagelijks op de hoogte te houden van mijn vorderingen én van de omineuze toestanden die ik in Trumps achtertuin aantref. Ten tweede wil ik weer naar de Gordel van Smaragd om mijn kleinzoon te visiteren. Kost zo'n 3000 pietermannen. De afstand tussen de kleine James en zijn opa vindt men vast heel zielig, dus dat moét lukken. Als tegenprestatie zal ik de gulle gever(s) regelmatig informeren omtrent het wel en wee van de 250 miljoen Indonesiërs die merendeels onder de knoet zitten van een religie die in de 7de eeuw door een Arabische vechtjas bij elkaar is gefantaseerd. Ten derde ben ik van plan een e-bike van het Veluwse merk Stella aan te schaffen. Kost eveneens een slordige 3000 muntjes aangezien ik een pittig sportmodel ambieer. Als tegenprestatie zal ik mijn donateurs freewheelend op de hoogte houden van de stand der natuur in de Oostvaardersplassen, de Noord-Veluwezoom en de Flevopolders in het algemeen, want dat is mijn foerageergebied. Ten vierde, maar zeker niet ten laatste, zoek ik een maandelijkse aanvulling op mijn pensioen. Als tegenprestatie beloof ik - tot aan mijn hemelen - dag en nacht een T-shirt te dragen met daarop een ode aan mijn weldoener (m/v). Bijvoorbeeld: I 💙 Maxima. Of: I 💚 Willem Alexander. Of: I 💛Stella
Ik hoor van jullie.




zondag 24 juni 2018

Koffietijd

Even een fikse kop koffie. Zwart en sterk. En een goede sigaar. Dadelijk staan we binnen weer met zijn allen gebogen over de tafel die een slagveld voor moet stellen, kilometers hier vandaan, maar dan zonder de modder, zonder desolaatheid, zonder de ratten, zonder de soldaten. Lijntjes die gelijke hoogtes verbinden. Cijfers die de hoogte aangeven. Als volgende week die mijnen de lucht ingaan, kunnen we weer nieuwe lijntjes trekken en nieuwe cijfertjes noteren. We hebben blokjes waar we mee schuiven en die stellen elk tig mensen voor en ofschoon het iedere week voor een groot deel andere mensen zijn, zijn het steeds dezelfde blokjes.
Er zal er wel weer een zijn die voorstelt een fiks bombardement te starten om dan na een week of zo de doorbraak te forceren. Of om nog meer gas te gebruiken. Of om meer elitetroepen in te zetten. Of of of of. Alsof we het niet allemaal al hebben geprobeerd en het niet allemaal al een keer, of zelfs als meerdere keren, is mislukt. Maar ja, wat moet je dan? De oorlog moet gewonnen worden en dat kan alleen door om de tijd aan te vallen anders zitten we tot God weet wanneer in die loopgraven te koekeloeren. Nou ja, ‘we’. Wij houden het hier wel vol in dit kasteel met de wijn en de biefstukken. Maar of dat voor de soldaten en lage officieren ook opgaat? Twijfel. Niet dat ik dat zo dadelijk ga zeggen hoor. Ik kijk wel uit. Ik ben niet gek. Dan word ik er zelf nog heen gestuurd ook nog. Nee hoor, ik kijk even bedenkelijk en zwaarwichtig, maar knik dan, zeg dat het een fantastisch plan is, alleen even misschien, heel misschien, een klein beetje, een heel klein beetje, rekening houden met dit of rekening houden met dat, maar dan gaat het zeker lukken deze keer. Maar uiteraard lukt het ook deze keer niet. Maar wat maakt dat uit. De oorlog is ook dan nog lang niet voorbij en dus zullen we over een tijd weer rond de tafel staan en met blokjes schuiven. En weer zal ik het plan dat dan geopperd wordt waarlijk briljant vinden en zeggen dat het deze keer zeker de geplande en allesbeslissende doorbraak zal opleveren. En als het inderdaad lukt die keer, of de keer erna, of de keer daar weer na, dan zullen historici gaan schrijven over ons grote strategische en tactische inzicht, over onze moed om zo’n gedurfd plan, waar toch echt de nodige haken en ogen aan zaten, toch door te zetten. En al die voorgaande keren worden vergeten dat we over de tafel gebogen stonden en met precies hetzelfde plan op de proppen kwamen, maar dat toen gigantisch mislukte. En we zullen zelf zeggen dat het natuurlijk een risico was, maar het was goed doordacht en zonder risico win je nooit et cetera et cetera terwijl we in feite net zo met de handen in het haar zaten als al die eerdere keren en eigenlijk alleen maar weer eens wat probeerden omdat je nu eenmaal wat moet proberen.
Zo de koffie is op. De sigaar neem ik mee naar binnen. Een beetje genieten mag wel als we weer een paar duizend mensen naar hun schepper kletsen.

dinsdag 19 juni 2018

Malloten

In 1980 liep het smokkelschip Panagiotis vast op de klippen van het Griekse eiland Zakynthos. De bemanning wist zich te redden, maar de boot ging verloren en spoelde uiteindelijk aan op het strand van een nagenoeg verborgen lagune vlakbij het gehucht Navagio. Omdat een bergingsoperatie in dit woeste deel van het eiland te veel zou kosten, lieten de Grieken – klassiek Mediterraans – de boel de boel. Het schip ligt er dus nog. En da’s maar goed ook, want hij is, wellicht samen met de Akropolis in Athene, het meest gefotografeerde object van heel Griekenland. Begrijpelijk, de setting is welhaast van een surrealistische schoonheid.
Het strandje in de smalle baai van Navagio is slechts over zee te bereiken. Voor de liefhebbers is het schip echter ook vanaf een hoge rotswand te bewonderen. Wie van dat panorama wil genieten moet daar wel wat voor over hebben: een chagrijnig makende wandeling in de Griekse hitte over ruig terrein en langs doornige struiken. En dat was nou precies wat mijn begeleidster en ik onlangs deden. Wat mij nog chagrijniger maakte waren de drommen Engelsen, Duitsers, Scandinaviërs, Russen, Polen, Tsjechen, Italianen, Chinezen en mede-Kaaskoppen die allen hetzelfde van plan waren, namelijk dat ene unieke shot te maken dat om dezelfde reden al lang niet meer uniek is. Ter plekke werden er natuurlijk ook uitvoerig aanstellerige selfies gemaakt en eveneens waren er enkele Aziatische nerds met drones in de weer voor spectaculaire air shots. Tjabaas boven baas in fotoland. Een klucht natuurlijk, want al die plaatjes van het gestrande smokkelschip kun je overal op het internet vinden, bovendien prijkt hij op miljoenen posters, ansichtkaarten en kalenders, meestal veel fraaier dan dat al die fotograferende toeristen op de rotsen van Zakynthos voor mekaar krijgen. Bij het zien van deze gekte drong zich bij mij daarom de gedachte op dat de aarde niet wordt bevolkt door 7,5 miljard Homo sapiens, maar door 7,5 miljard van scoringsdrift bezeten malloten. Toegegeven: mijn begeleidster en ik waren daar twee van. Maar ik kan nu tenminste wel roeptoeteren het onderstaande plaatje zélf te hebben geschoten, ofschoon ik daarmee mijn eigen mallotigheid vet onderstreep.  

De inmiddels verroeste resten van de Panagiotis op Navagio Beach.
Het schip smokkelde sigaretten en sterke drank van Griekenland naar Turkije en terug,
totdat het in 1980 tijdens een storm vastliep op de klippen van het eiland Zakynthos.
De locatie is op twee manieren te bekijken, een moeilijke en een makkelijke:
1. vanaf de rand van een bloedstollend steile afgrond die men bereikt via een pittige wandeling
door rotsachtig terrein of 2. via een van de vele toeristenbootjes die deze hotspot dagelijks aandoen.
Optie 1 is indrukwekkender en fotogenieker, maar optie 2 is veel comfortabeler,
bovendien is er dan gelegenheid tot zwemmen in deze goddelijke baai.