zaterdag 31 augustus 2019

Knikkebollen

Hard werken is niet erg aan mij besteed, nooit geweest ook. Misschien is dat wel de reden dat ik vrijwel mijn gehele loopbaan rijksambtenaar was: een bevestiging van alle vooroordelen. Tuurlijk heb ik soms best wel 'iets groots verricht', maar er bleef immer genoeg ruimte om te lapzwansen of dagdromen. Daar was ik overigens niet de enige in.
Vanuit het raam van mijn werkkamer had ik jarenlang goed uitzicht op de werkplek van Henk, een goedmoedige lobbes en generatiegenoot. Henk zat met grote regelmaat hele dagdelen te pitten. Ik zag hem dan knikkebollen, zittend voor zijn beeldscherm, de armen over elkaar geslagen; zijn automatische screensaver maakte overuren.
Na jaren kwam ik Henk weer tegen, ergens op straat. Hij vertelde me dat hij 'al' vijf jaar met pensioen was. Hij had dus veel langer doorgewerkt dan ik, die destijds koos voor (de laatste mogelijkheid tot) een vervroegd uittreden. Maar Henk opteerde voor langer doorwerken en daarmee een beter pensioen. Het legde hem kennelijk geen windeieren: het ging hem uitstekend en hij zag er nog welvarender uit dan toen. Eigenlijk is Henk het toonbeeld van het veelgeprezen adagium dat je het beste de geraniums kunt negeren door zo lang mogelijk te blijven werken. Of te slapen.

zondag 25 augustus 2019

Navigatie

Tijdens een fietsrondje door de polder werd ik staande gehouden door een wielrenster. Haar materiaal was imponerend: een professionele outfit en haar stalen ros was een full carbon wedstrijdfiets geconfigureerd voor tijdritten. De renster was de weg kwijt en vroeg mij hoe te rijden naar Hulshorst.
'Hulshorst? Je bedoelt Hulshorst achter Harderwijk?'
Ze haalde haar schouders op, had geen idee waar Harderwijk lag.
'Hulshorst op de Veluwe toch?'
Opnieuw wist ze het niet.
'Mijn navigatie is uitgevallen en ik weet niet waar ik ben en hoe ik daar kom,' zei ze verontschuldigend wijzend naar het display op haar stuur.
Daarop legde ik haar uit hoe ze, via Harderwijk, naar Hulshorst moest rijden.
'Dank u wel,' riep ze en zoefde weg. Ik, die toevallig ook die kant uit ging, zag haar in no time uit het zicht verdwijnen. Toch haalde ik haar op mijn Fred Flinstone-fiets steeds weer bij. Dat kwam door haar onzekerheid, want bij iedere splitsing vroeg ze aan passanten de weg. De arme sportvrouw bezat werkelijk geen enkel gevoel van richting en was radeloos zonder haar navigatie.
Het is bijzonder aantrekkelijk voor een oude zeikerd om negatief te doen over digitale afhankelijkheid van vooral jonge mensen. Maar zo zit ik goddank niet ik mekaar - op goede dagen althans. Ik besef namelijk terdege dat oude vaardigheden verdwijnen maar dat daar nieuwe voor in de plaats komen. Toch kan ik - op minder goede dagen - niet nalaten vileintjes op te merken dat het leven een doelloos continuüm is en dat we er qualitate qua geen ene flikker mee opschieten. Je wint wat, je verliest wat; iedere stap vooruit is er ook eentje terug. Voor pedaaltrappen geldt hetzelfde.

In het lommerrijke Hulshorst is het goed toeven. Vooral als je de weg weet.

dinsdag 20 augustus 2019

Ichtus-stickers

Toen mijn autoportier open zwaaide, rook ik direct een vissig aroma. Nu ben ik geen groot liefhebber van zeebanket, maar van Urk kan ik het hebben. Sterker nog: ik nam me subiet voor ergens een harinkje of portie kibbeling te snacken. Maar eerst slenterde ik door het meest karaktervolle dorp in mijn provincie.
Urk valt nooit tegen. Ik ontwaarde nogal wat langgerokte vrouwen, vissermannen met oorringen en Ichtus-stickers achterop auto's. Uit de openstaande deuren van een kerk klonken psalmen en ook las ik op muren en gevels teksten als De Heere is onze Banier en As 'r een duur dicht gat, got 'r een vienster eupen. En natuurlijk wemelde het van de trawlers en aanverwante bedrijvigheid zoals drogende netten en fuiken. Verder oogden alle tuintjes, voordeuren en ramen opvallend spic en span. Best een bijzondere gemeenschap, oordeelde ik zonder al te veel oordeel.
Maar Urk liet ook z'n 'gewone' kant zien. De terrassen waren gevuld, b&b's deden goede zaken, toeristen spraken Germaans, Mandarijn of la lingua Warschaupact (velen gedroegen zich ook als zodanig...), toko's als Kruidvat en Intertoys domineerden het centrum, menigeen liep gebogen over een smartphone en de vuurtoren was open voor bezichtiging mits je twee euro neertelde.
Na mijn wandeling liet ik Urk (en de kibbeling) in me neerdalen, gezeten op een bankje op de kade. Van daar zag ik plots een elegant zeiljacht tussen de vissersschepen manoeuvreren. Vooral de originele naam van het jacht sprak tot mijn verbeelding: The Summer of '69 in zwierige letters. Ach ja, een begrip dat iedere babyboomer wel zal aanspreken, die naïeve sprookjeszomer van Woodstock en love & peace. (De ironie wil dat ik juist dat gehele jaar onder de wapenen zat.) Over naïef gesproken: in die flowerpowertijd dacht ik echt dat Urk een eiland was. Stiekem denk ik dat nog.


donderdag 15 augustus 2019

Uitdagen

Wij allen komen oorspronkelijk uit Afrika waar we op een goed moment uit de bomen neerdaalden om over de savannen te rennen. Hardlopen zit vanaf die tijd ingebakken. Helaas kun je het ook weer verleren. Dat bleek onlangs toen ik tijdens een wandeling over de Lemelerheide plots een sprintje trok tegen mijn kleinzoon. Het ventje is rap dus beet ik in het stof, inclusief schreeuwende kramp aan mijn bovenbenen. Logisch, spurten is - in tegenstelling tot een gezapig duurloopje - een aanslag op ongetrainde spieren. Tot op bepaalde leeftijd kun je het ongestraft doen: spontaan een bal een rotschop geven, over een hek springen of ineens voluit sprinten. Is die grens eenmaal gepasseerd dan dient alles met beleid te geschieden, althans wie niet met spierscheuringen of knappende pezen wil achterblijven. Maar ja, de ratio verdwijnt als je kleinzoon tijdens een heidewandeling ineens uitdagend roept: ‘Opa, wie het eerst bij dat rode paaltje is, één, twee, dr...’
Ach, leefden we nog maar op de savanne in Afrika, dan bleef je langer in vorm. Je moést wel rennen en fit blijven om te jagen, of als er een leeuw op joú joeg. Alhoewel, ook toentertijd waren er natuurlijk speelse jonkies die ouderen uitdaagden. Wat dat betreft is er geen verschil tussen de Lemelerheide nu en de savanne toen. De verliezers zijn uiteindelijk nog steeds dezelfden. 

Kleinzoon Luke rent graag én hard


vrijdag 9 augustus 2019

Beter horen

Over de Stationsweg stappen twee mannen gebroederlijk naast elkaar. Niks bijzonders, tenminste als ze geen koptelefoons zouden dragen. Maar dat doen ze juist wel. Waarom naast elkaar lopen als je uitstraalt in je eigen luchtbel te willen leven? Met zo'n koptelefoon op je knar wil je immers slechts je eigen geluiden horen. Zo niet dan dienen de headsets slechts als status-attribuut, wat ze heimelijk vaak zijn. Vooral bij jongeren zeggen die opvallende koptelefoons (met de merknamen er prominent op) in het openbaar dan ook vooral: kijk mij toch hartstikke cool in afzondering het leven trotseren!
Haaks op de koptelefoons in het straatbeeld staan de commercials van audiciens. Hier wordt juist reclame gemaakt voor de modernste gehoorapparaten die nagenoeg onzichtbaar zijn. Ze worden door de branche aangeprezen als klein en discreet. Wie een gehoorapparaat nodig heeft, wil liever niet dat anderen dat zien.
Best mogelijk dat fervente gebruikers van grote koptelefoons zich in een latere levensfase een piepklein gehoorapparaatje laten aanmeten. 

zondag 4 augustus 2019

Eigen gebroed

De jonge coureur vloog uit de bocht en belandde in de bandenstapel. Zittend in zijn kart keek hij beteuterd in het rond terwijl de concurrentie hem voorbijvloog. Zijn vader, die vanachter een hek toekeek, kon niet wachten op de hulp van baanpersoneel. Paps sprong meteen over het hek en rende - uiterst risicovol - over het circuit naar zijn zoontje om hem weer op weg te helpen.
Even later echter, vloog een andere jonge coureur op hetzelfde punt van de baan en ook hij belandde in de(zelfde) bandenstapel. Het scheelde weinig of hij was op de eerder gestrande jongen én zijn helpende vader geklapt, die daar nog steeds stonden te hannesen. Het drietal kwam gelukkig met de schrik vrij.
Vanaf het terras toekijkend zag ik vervolgens tot mijn stomme verbazing hoe de vader van de eerst gecrashte jongen, de nieuwkomer in de bandenstapel begon uit te foeteren. En niet zo misselijk ook: boven het motorenlawaai uit hoorde ik termen die mijn woordenschat sterk verrijkten. Vreemd, want waarom je kind vaderlijk bijstaan, maar woest worden op de andere jongen, hoewel beide coureurtjes exact dezelfde stuurfout hadden gemaakt. Ach, het zal de adrenaline in samenhang met het eigen gebroed wel weer zijn geweest wat de onredelijkheid stimuleert. Lieve jonge sporters, laat je vader daarom zoveel mogelijk thuis.

Het kartcircuit in Lelystad. De rood-witte bandenstapels vangen veel klappen op.