Doodsbang te laat te komen, arriveren mijn begeleidster en ik veuls te vroeg op Schiphol. Zo vroeg dat we moeten wachten op het
opengaan van de incheckbalies. 'Wachten' is vandaag sowieso het
doemwoord, vaak in s-bochten. Na het inchecken sluiten we aan in de queue voor de
paspoortcontrole. Dan door het scanpoortje en alsof dat
niet voldoende is, word je ook vlugjes onder je armen en tussen je benen
bepoteld door een onbekende in uniform. Bij dit alles houden marechaussees met
snelvuurwapens je stuurs in de gaten. Reeds daarvoor had je je zakken moeten legen, je riem uit de lussen moeten sjorren om dat alles samen met je handbagage in de bekende plastic
bakken te deponeren opdat ook je persoonlijke mikmak door de scanner vermag. Hartelijk dank, Osama Bin Laden & co! Maar goed, is dat allemaal
achter de rug, kun je los op de taxfree spulletjes, die je nooit nodig
hebt, en aan de koffie die viermaal overprijsd is. Maar nog veel ernstiger is de plotse confrontatie met al die duizenden medereizigers om je heen. Wie
humane lelijkheid wenst te observeren, kan hier zijn hart ophalen: gebronste
silverbirds die zo nodig voor de vierde keer dit jaar naar Gran Canaria moeten; hipsterige backpackers met haarknotjes die vinden dat Zuid-Amerika niet mag ontbreken op hun lijstjes; Henk en Ingrid met de Telegraaf onder hun kleffe oksels op weg naar een all inclusive in Antalya; culturele types die denken meer status te verwerven door Myanmar of de Hermitage in Sint-Petersburg af te vinken; stedentrippers met Lissabon of Rome op het programma; glitterfashionado's die zich willen spiegelen aan Abu Dhabi; snelle jongens op weg naar een businessdeal in Shenzhen; wij tweetjes, die hier naadloos tussen passen.
Afijn, ben je uitgekeken op deze deerniswekkende massa, dan volgt de
gruwel van het lange wachten bij het
boarden, het benauwde installeren op
te krappe stoeltjes, het lijdzaam toezien hoe alle vliegprocedures
worden voltooid, het aanschouwen van de routineuze veiligheidsinstructies van in het gangpad theatraal gebarende stewardessen en het
onverstaanbare gemompel in de microfoon afkomstig van een verveelde buschauffeur alias piloot. En uiteindelijk – vele uren later dan dat je je eigen voordeur
uitstapte – ga je de lucht in op weg naar je hopelijk
zonnige bestemming. Diezelfde bestemming bereik je overigens pas
horroruren later, want eerst moet je je een lange tijd koest houden
in die benauwde cabine, het gelul of gesnurk van je buurman of -vrouw
aanhoren en ten slotte dien je je op de luchthaven van bestemming opnieuw door
allerlei procedures heen te worstelen. Maar dan, zowaar, begint aan het einde van de tunnel een beetje licht te gloren. Helaas ontstaat dan direct het volgende probleem: vanaf nu moét
je gelukkig zijn. En je moet zien te vergeten dat je op dezelfde manier terug moet. Dat dat ons af en toe lukt, is wellicht het meest wonderlijke van deze hele tour de force.
Heel, heel soms gaat het er in een vliegtuig lollig aan toe. Klik
HIER
Geen opmerkingen:
Een reactie posten