Van Ted Briggs (links, 1923-2008), Robert Tilburn (midden, 1921-1995) en William John Dundas (rechts, 1923-1965) had u hoogstwaarschijnlijk nooit gehoord. Ik ook niet. Maar ik kwam bij dit drietal uit na een zoektochtje over het web waarbij ik uitging van wat ik wél wist. En dat was dat op de ochtend van de 24ste mei 1941, ergens tussen IJsland en Groenland, over een schootsafstand van ruim twintig kilometer, een kort maar hevig vuurduel plaatsvond tussen (o.a.) het Duitse slagschip Bismarck en de Engelse slagkruiser Hood. De Bismarck was splinternieuw en voorzien van de modernste snufjes, dit was dan ook zijn maagdentocht. Het slagschip was de trots van de Kriegsmarine, en dus ook van der Führer. De Bismarck hoopte in het voorjaar 1941 ongemerkt - via een noordelijke route teneinde de gevreesde Britse marine te ontwijken - de Atlantische Oceaan op te stomen om daar de geallieerde koopvaardij tussen de VS en Europa naar de bodem te jagen. De Royal Navy had de sluiproute echter ontdekt, wilde die vanzelfsprekend verijdelen – indachtig de oude slogan England rules the waves - en opende een klopjacht. Speerpunt daarin vormde HMS Hood, ‘s werelds grootste oorlogsschip uit het interbellum. De enorme slagkruiser was op leeftijd maar nog immer de trots van Groot Brittannië, een levende legende.
![]() |
HMS Hood was tussen de twee wereldoorlogen 's werelds grootste oorlogschip. De slagkruiser was de trots van zeevarend Engeland. |
De verslagenheid in het Verenigd Koninkrijk was dan ook groot toen het bericht kwam dat HMS Hood tijdens dat gevecht met de Bismarck kansloos ten onder was gegaan. De ramp had zich binnen vijf minuten voltrokken. De Engelse slagkruiser incasseerde al snel twee treffers van de Bismarck waardoor brand uitbrak. Maar een derde inslag gaf de doodsklap: de munitiekamer werd geraakt. Het schip explodeerde als een vulkaan, brak in tweeën en verdween vrijwel direct in de golven met medeneming van de gehele bemanning (1418 jantjes) minus het trio uit de openingszin. Tot hier was het voor mij bekend terrein. Maar wie waren die drie eigenlijk?
Op het helse moment bevonden Briggs, Tilburn en Dunbas zich op de goede plek, ergens bovendeks tussen voldoende bepantsering waardoor ze de immense drukgolf weerstonden. De drie wisten op de een of andere manier van boord te komen of werden ervan af gekatapulteerd - het ging zo snel dat ze zich dat amper konden herinneren. Ze vonden elkaar terug in het ijskoude Atlantische water, klommen samen op iets drijvends en zongen daarna liederen om de shock, onderkoeling en eenzaamheid te verzachten. Als door een wonder werden ze uren later gevonden door de naar vermisten speurende HMS Electra. Deze Britse torpedobootjager zette de drenkelingen daarna in IJsland af waar het trio een week in het ziekenhuis verbleef. Van PTSS had men toen nog nooit gehoord en dus werden de drie zeelui later weer ingezet op andere oorlogsbodems en namen daarmee opnieuw doodleuk actief deel aan WO2.
Na zijn carrière bij de marine werd William John Dunbas, inmiddels opgeklommen tot officier, een succesvol bonthandelaar totdat hij in 1965, op zijn 42ste, verongelukte met zijn auto. Robert (Bob) Tilburn (1921-1995) bleef tot aan zijn pensioen bij de zeemacht en stierf in 1995, op zijn 74ste. Ook Ted Briggs (1923-2008) diende tot aan zijn pensioen bij de Royal Navy, maar hij verwierf meer bekendheid nadat hij een boek had geschreven over zijn 'avonturen' met HMS Hood. Daarmee werd hij bovendien een graag geziene media-gast inzake dit onderwerp. Als langstlevende Hood-veteraan bezocht hij zelfs, in 2001 en exact zestig jaar na de gebeurtenis, de rampplek in de noordelijke Atlantic waarbij hij een bloemenkrans en een plaquette te water liet. Ted Briggs stierf zeven jaar later vredig in zijn bedje in Southampton, op zijn 85ste.
Op het helse moment bevonden Briggs, Tilburn en Dunbas zich op de goede plek, ergens bovendeks tussen voldoende bepantsering waardoor ze de immense drukgolf weerstonden. De drie wisten op de een of andere manier van boord te komen of werden ervan af gekatapulteerd - het ging zo snel dat ze zich dat amper konden herinneren. Ze vonden elkaar terug in het ijskoude Atlantische water, klommen samen op iets drijvends en zongen daarna liederen om de shock, onderkoeling en eenzaamheid te verzachten. Als door een wonder werden ze uren later gevonden door de naar vermisten speurende HMS Electra. Deze Britse torpedobootjager zette de drenkelingen daarna in IJsland af waar het trio een week in het ziekenhuis verbleef. Van PTSS had men toen nog nooit gehoord en dus werden de drie zeelui later weer ingezet op andere oorlogsbodems en namen daarmee opnieuw doodleuk actief deel aan WO2.
Na zijn carrière bij de marine werd William John Dunbas, inmiddels opgeklommen tot officier, een succesvol bonthandelaar totdat hij in 1965, op zijn 42ste, verongelukte met zijn auto. Robert (Bob) Tilburn (1921-1995) bleef tot aan zijn pensioen bij de zeemacht en stierf in 1995, op zijn 74ste. Ook Ted Briggs (1923-2008) diende tot aan zijn pensioen bij de Royal Navy, maar hij verwierf meer bekendheid nadat hij een boek had geschreven over zijn 'avonturen' met HMS Hood. Daarmee werd hij bovendien een graag geziene media-gast inzake dit onderwerp. Als langstlevende Hood-veteraan bezocht hij zelfs, in 2001 en exact zestig jaar na de gebeurtenis, de rampplek in de noordelijke Atlantic waarbij hij een bloemenkrans en een plaquette te water liet. Ted Briggs stierf zeven jaar later vredig in zijn bedje in Southampton, op zijn 85ste.
Drie dagen na genoemde zeeslag, en wel op 27 mei 1941, werd de Bismarck uiteindelijk, na een grootscheepse achtervolging over de Atlantische Oceaan, op pakweg zeshonderd kilometer ten zuidwesten van Ierland, door een Engelse overmacht overrompeld en vernietigd. Hierbij vonden ongeveer 1900 Duitse zeelui de dood, maar werden iets meer dan honderd drenkelingen door de Britse marine gered (ook een paar door een Spaans koopvaardijschip).
Op de een of andere manier spreken de ruim honderd ‘geluksvogels’ van de Bismarck minder aan dan de drie van de Hood. Het zal iets met abstractie te maken hebben. Meerdere overlevenden zorgen voor anonimiteit; wanneer het slechts enkelen betreft krijgen mensen meer smoel. Bovendien verdwenen de Bismarck-overlevenden als krijgsgevangenen achter tralies, terwijl de drie Britse marinemannen gedecoreerd werden en overladen met loftuitingen.
![]() |
Een beroemde foto, gemaakt vanaf HMS Dorsetshire. De Britse kruiser pikte het merendeel van de ruim honderd drenkelingen van de gezonken Bismarck op. |