zaterdag 29 juni 2019

Pluimage

Vogelen is misschien wel de fijnste hobby die je je kunt wensen. Het is geschikt voor vrijwel iedereen met een redelijk stel ogen en oren, je bent buiten, een met de natuur en het bezorgt je zowel focus als rust. Het enige wat je nodig hebt is een handig vogelgidsje. Nou ja, je kunt je behoeftes natuurlijk aardig uitbreiden, denk aan de aanschaf van een oculair speeltje. (Let wel: topmodellen van Leica, Carl Zeiss of Swarovski kosten tweeduizend euro plus.) Maar is die horde genomen, kun je meteen aan de slag.
Dat het in overtreffende trap kan bewijst het boek Een Bevlogen Jaar van Arjan Dwarshuis. Hij beschreef zijn zogenaamde Big Year, een jaar waarin een vogelaar zo veel mogelijk soorten wil spotten. Dwarshuis ging in 2016 zelfs voor het allerhoogste, het wereldrecord. Spoiler alert: hij slaagde daarin met 6833 waarnemingen. Da's gruwelijk veel als je bedenkt wat erbij komt kijken om bijvoorbeeld Wallace's oranjegehalsde kwartslaglinksomdraaiende geelgroenogige zwartwitgewenkbrauwde middengehoornde breedbekkige vorkgestaarte balsaboomfluiter te spotten, waarvan vermoedelijk nog maar pakweg tweehonderd broedparen leven in de ruige binnenlanden van Guatemala, hoewel die aldaar in 1948 voor het laatst is waargenomen. Ik bedoel maar. Zo’n Big Year is dan ook niets minder dan een militair-logistieke operatie. Je hebt er niet alleen geldschieters, een groot netwerk en een ingewikkeld reisplan voor nodig, maar ook bij toerbeurt meereizende spotters en adviseurs en vooral tal van lokale gidsen, kortom allerlei ondersteunende vogels van divers pluimage. Een ontzettend gedoe dus. Misschien is het daarom toch fijner je als vogelaar te beperken tot je balkon of een rustig bankje in het park. Waarmee ik toch weer uitkom bij de eerste alinea.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten