zondag 28 november 2021

Navelkuiltjes

Zeer gewaardeerd lezerspubliek en ander voetvolk,
Bent u op zoek naar een cadeautje voor uzelf, bijvoorbeeld om de leegheid in uw bestaan tijdelijk op te heffen? Of wilt u de medemens verrassen met wie u die o zo superknotsgezellige feestdagen doorbrengt? Wie weet zijn Sint of Santa dan wel bereid dit literaire kleinood (zie onderaan) in zijn of haar verwachtingsvol klaargezette schoeisel te dumpen. Of onder de opgetuigde Nordmann spar, die daarmede zo impotent is geworden dat hij niet meer in staat is de uitstoot van CO2 te compenseren  - het is maar dat u het weet. Maar komaan, laat dit soort ambigue gevoelens vooral de pret niet drukken en doe lekkertjes wat u het beste uitkomt. Dat is te zeggen, zolang u anderen er niet mee lastig valt, want daar schort het nogal eens aan in deze brisante tijden vol tweedelingen, giftige meningen, boze uitlatingen en grove daden.
Daarom is het wellicht toch verstandig om alles aan uw voordeur voorbij te laten gaan - ook het onbenullige verhalenbundeltje waar het in dit bericht eigenlijk om draait - en zwijmelend uit uw raam te koekeloeren teneinde het verwaaien der laatste herfstbla'ren te bewonderen en straks hopelijk de neerdwarrelende sneeuwvlokken. 
Ik wens eenieder alvast een mooie decembermaand toe. Feestelijk, zonder al te veel bijwerkingen. 

Titel: Navelkuiltjes
Verhalenbundel - paperback
ISBN 9789464356366
Te verkrijgen bij Bol.com of via de reguliere boekhandel (wat mogelijk bezorgkosten scheelt). 
15,50 euro.

Meer weten of zien? Klik HIER


De Nordmann spar (Abies nordmanniana), ook wel Kaukasische zilverspar
genoemd, werd in 1938 door de Finse bioloog Alexander von Nordmann
in West-Europa geïntroduceerd. Hij wordt hier meer en meer als kerstboom
 gebruikt doordat de naalden minder snel uitvallen dan bij zijn voorganger,
de fijnspar (Picea abies). Groeien doet hij echter twee keer zo langzaam.

Bron en foto: Wikipedia.


zondag 21 november 2021

Dierennamen

Door alsmaar groeiend ouwe-mannen-sentiment verteer ik natuurdocumentaires steeds slechter. Helaas spelen de makers juist in op dat sentiment. Zo voorzien ze dieren niet zelden van eigennamen om ze een menselijk(er) gezicht te geven. Bingo.
Zo zag ik onlangs een docu over een groep olifanten. Hoofdfiguren waren een moeder en haar jong. De voice-over had het over Mazula en haar schattige kalf heette Nana. Natuurlijk werd de savanne getroffen door droogte waardoor dieren verkommerden. En natuurlijk ging de kleine Nana dood van de dorst. En natuurlijk bleef Mazula nog lang bij haar dode kalf treuren terwijl de kudde verderging, op zoek naar water.
Ik trek zulk drama niet meer en zap met een brok in de keel weg. Soms kom ik daarmee van de regen in de drup. Want de kans bestaat dat ik dan op iets stuit dat is bedacht, geproduceerd, of gepresenteerd door BN’ers met juist een diérlijke achternaam: De Mol. Binnen het tv-wereldje staat die naam garant voor, in mijn optiek, bedenkelijk vermaak. 
Toch is er één De Mol die ik wél graag zie: ene Momfer, de goudeerlijke mijnwerker uit De Fabeltjeskrant. Momfer de Mol maakte deel uit van de cast van dat heerlijke kinderprogramma uit de vorige eeuw, samen met ludieke types als Juffrouw Ooievaar, Meneer de Uil, Lowieke de Vos, Bor de Wolf, Zoef de Haas en nog een hele trits vermenselijkte dieren.
Wilde dieren met mensennamen én mensen met dierennamen: soms geeft het ruis, soms juist duidelijkheid. Zo weet de ervaren kijker meteen wat-ie moet doen als de achternaam of gezichten van de Gooise tv-familie De Mol in beeld verschijnen: zap razendsnel weg, nok af, kras op, ga pleite, pak je biezen, vlucht, graaf je desnoods in, zoals Momfer.

De hoofdrolspelers van de Fabeltjeskrant.
Momfer de Mol staat op de voorste rij, derde van links.


donderdag 11 november 2021

11 november

De elfde van de elfde. Het einde van de Eerste Wereldoorlog, het begin van het carnavalsseizoen en...
...ringgg, jankt mijn bel. Ik doe open.
‘♫ Sinte Sinte Maarten, de koeien hebben staa...♫’
Vanuit mijn deuropening kijk ik - plichtmatig glimlachend - naar een groepje zingende kinderen. Zij kijken niet terug. Waar ze wél hun ogen op richten, is de schaal met Snickers, Milky Ways en Bounties die ik onder mijn arm hou. Heel begrijpelijk; was ik zo oud als deze kwelende jongetjes en meiskes, dan was het ook mij louter om het snoepgoed te doen en stond ik slijmerig te blèren dat de koeien staarten hebben.
Of toch niet?
In mijn kinderjaren was Sint Maarten nog niet doorgedrongen tot de regio waar ik opgroeide. Maar als deze traditie destijds in mijn omgeving wél bestond, dan vraag ik me in alle ernst af of dit jochie langs de deuren ging. Jazeker, ik was altijd in voor zoete lekkernij. En ja, ik hield van gekleurde lampjes en lampionnen. En ja, in het donker over straat gaan vond ik reuze spannend. Maar om nou tijdens een kille novemberavond deur aan deur liedjes te gaan zingen voor een stel wildvreemde volwassenen?
Of mijn (kinder)houding ten opzichte van deze folklore nou te maken heeft met verlegenheid of juist trots, dat weet ik niet. Maar een combinatie van die twee eigenschappen is heel aannemelijk. Tot zover het gissen naar mijn karakter. Wat omtrent de elfde van de elfde overeind blijft, is dat ik te vroeg ben geboren voor Sint Maarten en te laat voor de Eerste Wereldoorlog. En dat carnaval mij erger lijkt dan die twee tezamen. 

zondag 7 november 2021

November

Apen apen mekaar na, lemmingen hollen elkaar achterna en mensen lullen mekaar na, dat laatste niet zelden via de (sociale) media, meestal in het negatieve. Zeker op ons kleine lapje grond, waar elk op ieders lip zit, strijden in dit tijdsgewricht boosheid en frustratie om aandacht. De ene crisis overtreft de andere. Voor oplossingen (die er soms helemaal niet zijn) wijzen we dolgraag naar andere landen. Voor goed onderwijs naar Finland, voor aanpak van de georganiseerde misdaad naar Italië, voor kinderopvang naar Denemarken, voor orde en netheid naar Singapore, voor vaderlandsliefde naar Amerika, voor ons taalgebruik naar België, voor de aanpak van Covid-19 naar Nieuw-Zeeland, voor de (gratis) gezondheidszorg naar Engeland, voor een adequate strijdmacht naar Israel, voor verstandig beheer van fossiele brandstoffen naar Noorwegen en voor stringente handhaving naar China.
De werkelijkheid is echter dat het in het overgrote deel van de wereld veel en veel slechter toeven is dan in Nederland. Sterker nog: veel buitenlanden zien ons land juist als lichtend voorbeeld. We blinken uit in veiligheid, zorg, gelijke verdeling en kansen, studie- en arbeidsmogelijkheden, welvaart, superieure landbouw, handelstalent en economie. Bovendien kennen we nauwelijks corruptie en sowieso weinig extremen. Ik geef Nederland daarom een dikke 7. Met enkele miljoenen mensen minder (daar bevindt zich menig uitkomst!) zou het zomaar een 8,5 kunnen worden. En als dan ook nog eens de zon wat vaker zou schijnen, ja dan kom je nog hoger uit. Dus komaan, laten we het kopje wat meer als halfvol zien. Zo is november een heerlijke maand. Als je in Australië woont.