zondag 3 maart 2024

Pregnant

Op het stille fietspad nadert een tegenligger. Die begint al van ver te zwaaien. Het is Roxanne, dochter van kennisjes. Typisch Rox, dat uitbundige. Ik zag haar opgroeien. Toen ze klein was zwierde ik eens met haar op de kermis in een draaimolen. Later zorgde ze voor mijn poes en kamerplanten als ik op reis was. Voor school hielp ik haar soms met Nederlands - taal is niet haar sterkste punt, zegt ze zelf - en weer later met haar afstudeerscriptie. Inmiddels is ze dertig, getrouwd en nu in blijde verwachting.
     We knijpen in de remmen, natuurlijk, en ik vraag meteen hoe ze zich nu voelt aangezien haar eerste zwangerschapsweken zwaar vielen, was mij verteld. ‘Hartstikke goed,’ zegt ze hijgend en met rode konen. (Zij had wind tegen, ik mee.) Als bewijs ritst ze zonder terughoudendheid haar jack open, trekt haar trui omhoog en toont me haar pregnante buikje. Ik kijk naar contouren die ineens zo anders zijn dan ik gewend ben van Rox, de superslanke bewegingswetenschapper én sportvrouw die halve marathons loopt, ski- en fitnesslessen geeft, kitesurft, bootcamps verzorgt en bij dit alles ultragezond eet. ‘Ruim vijf maanden, soms voel ik al beweging. Heel apart Ruud, écht.'
     Het klinkt zo puur dat ik midden op het stille fietspad behoefte voel mijn hand op haar buik te leggen. Zomaar, voor eventjes die zachte bolling aan te raken; dwarsdoor het dunne laagje onderkleding haar lichaamswarmte te voelen, en die van haar kindje. Maar ik doe het niet. Vermoedelijk door iets als wat-zal-ze-wel-niet-van-me-denken. Maar ook: wat zal iederéén er wel niet van denken, haar familie, de zedenpolitie, de rechter?
     Weer verder fietsend zie ik Rox' bolle buikje nog steeds voor me. En voel ik, via de palm van mijn fictief uitgestoken hand, de warme rondheid van een aanstaande moeder. En daar mag iedereen wat van denken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten