maandag 27 november 2017

November

Hoe meer je hoort hoe het er elders aan toe gaat, hoe meer je van dit land gaat houden. Veiligheid, uitstekende zorg, gelijke verdeling, studie- en arbeidsmogelijkheden, welvaart, gezonde economie, nauwelijks corruptie en sowieso weinig excessen. Ik geef Nederland daarom een dikke 8. Met een paar miljoen mensen minder zou het zomaar een 9 kunnen zijn. En als dan ook nog eens de zon wat vaker zou schijnen, ja dan kom ik al snel uit op een 10. Maar komaan, je kunt niet alles hebben. Zo is november best een mooie maand. Als je in Australië woont.


donderdag 23 november 2017

Onderhuids

In het winkelcentrum liepen twee diepzwarte pieten. Ze trokken de nodige aandacht, niet in het minst omdat ze links en rechts pepernoten uitdeelden. Ze waren prachtig gekleed en fraai geschminkt. Wel een beetje jammer dat ze zo lang waren, want ik zie vanwege het komische effect graag dat Zwarte Piet een hoofd kleiner is dan Sinterklaas. Maar goed, die ouwe ontbrak in het winkelcentrum, dus wat lul ik.
Er werden veel high fives uitgedeeld door de twee knechten, ofschoon ik dat laatste woord misschien beter kan inslikken. Tja, die high fives waren echt wel een dingetje bij deze pieten. Als grumpy old man kreeg ik zelfs de kriebels van dit kleffe gedoe. Maar voorál werden er heel veel foto’s geschoten. Niet zelden betrof het selfies, bijvoorbeeld door tieners die gekke bekken trekkend tussen Sints huurlingen plaatsnamen, waarna het resultaat ongetwijfeld de digitale wildwaterbaan zou worden ingeslingerd. Maar vanzelfsprekend lieten ook veel ouders hun kroost tussen de mooie Zwarte Pieten poseren. Dat deed ook een mooie zwarte moeder met haar twee mooie zwarte kindjes. Werkelijk alles was mooi aan deze scene. Ook onderhuids. 


zondag 19 november 2017

Koddig

Op een onverhard bospad zie ik een kever op zijn rug liggen, een zwarte matglanzende mestkever. Zijn drukke pootjes maaien in het niets. Zielig. Waarom zou hij op zijn rug liggen? Een windvlaag, weggetrapt door een hertenhoef, kopjegeduikeld over een konijnenkeutel? Je weet het niet. Wel weet ik dat hij zonder hulp hier met zijn pootjes in de lucht ligt te spartelen tot sint-juttemis. Een groot deel van de mensheid noemt dit geen toeval. Alles is voorbestemd en volgens plan. En als dat beestje op zijn rug komt te liggen dan is dat niet zomaar, maar de wil van iets. Er zijn boeken die dit bevestigen, heilige boeken. En er zijn miljarden die dit soort boeken lezen en ernaar leven. Het staat geschreven en daarmee basta, inshallah en amen.
Terug naar die kever. Ik rol hem voorzichtig om tot hij weer op zijn pootjes staat. Daarna kruipt het beestje koddig verder, levend in zijn eigen luchtbel. Hij kent geen heilig boek en ook geen voorbestemming of hiernamaals. Voor hem is het leven een doelloze samenloop van omstandigheden, die bijvoorbeeld bepaalt of je op je pootjes terechtkomt of niet. Hoe op een bospad een koddige kever en een mijmerend mens bondgenoten kunnen zijn. En ook lotgenoten. 


dinsdag 14 november 2017

#MeToo

DINGDONGGG. Een lief uitziend kroeskopje met een iPad in haar hand stond op mijn stoep. ‘Dag meneer, bent u bekend met de slimme thermostaat?’ Het aanbellen van het kroeskopje had mij zojuist opgeschrikt uit een biografie van koningin Victoria, dus ik verkeerde in gedachten nog in de 19de eeuw. ‘Eh, een slimme thermostaat, eh ja, daar heb ik eh, wel eens van gehoord,’ stamelde ik. Vervolgens begon ze enthousiast de voordelen ervan op te sommen. Ik wierp tegen dat mijn domme huisthermostaat nog prima voldeed en dat ik weinig behoefte had aan allerlei digitale rimram. ‘Ja meneer, dat begrijp ik. U bent al wat ouder. [Zag ik een minzaam lachje?] En u houdt niet van veranderingen. Maar het is wel 2017. En dat brengt veranderingen met zich mee, "kansen" noem ik ze liever, kansen waar u echt wat aan heeft.’ Hierop overwoog ik haar iPad af te pakken en die als een boemerang het gemeentegroen in te keilen, óf mijn broek te laten zakken en aan mijn vlezige thermostaat te sjorren teneinde ook een moment of fame te scoren aan het #MeToo-front. Helaas ben ik daar te laf voor. Dus maakte ik een beleefd eind aan ons gesprek, sloot de voordeur en slofte terug naar mijn nog warme zitplek. En naar de 19de eeuw. 


donderdag 9 november 2017

Reikhalzend

AAAAAAIIIWWWAAAHHHIIIAAAGGGHEEEAAAIIIPLOF, dat hoor je vaak in speelfilms als iemand van grote hoogte naar beneden valt. Meestal betreft het een schurk die, na een spectaculaire knokpartij op een hoge dakrand, het moet afleggen tegen de held, waarop de schurk omlaag mietert. Maar als de held naar beneden lazert, gilt hij nooit. Bovendien wordt zijn val altijd gebroken door een donzige conifeer, zonneluifel, stapel kartonnen dozen, trampoline of zwembad. Maar oké, daar ben je held voor.
Ik ben schurk noch held, daarom vraag ik me ernstig af of ik zou gillen als ik bijvoorbeeld van de Twin Towers naar beneden stortte. Kan me goed voorstellen dat ik zou blèren – iets met doodsangst. Aan de andere kant is het best mogelijk dat je verwonderd om je heen kijkt, of zelfs dat je mateloos geïnspireerd raakt door de vrije beweging door het luchtruim. Wat daarbij wellicht ook helpt is het kortstondige, maar vreugdevolle benul dat je naderende dood sneller en pijnlozer is dan van de velen die 'gewoon' vanwege ouderdom of een ellendige kwaal in hun bedje creperen tot hun laatste snik. Bovendien kun je nog altijd reikhalzend uitkijken naar een zwembad of trampoline. 


maandag 6 november 2017

Krankjorum

Het is behoorlijk schrikken wanneer ik zie hoe een grote vormeloze zwarte lap textiel op me af komt fladderen. Het Spook van de Opera, giert het angstig door me heen. Maar dichterbij gekomen zie ik dat er een mens in zit. Middenin die zwarte explosie ontwaar ik een rood, bezweet gezichtje van een jonge vrouw. Ze is aan het joggen in een wild wapperende chador. Nog dichterbij gekomen zie ik nu dat ze in haar rechterhand een smartphone vasthoudt, en dat ze niet alleen rood is aangelopen van de inspanning en warmte (vanwege al dat textiel), maar dat ze ook een heuse Hollandse sproetenkop heeft.
Ik denk: hoe krankjorum wil je het hebben. Een jonge vrouw kleedt zich volgens de potsierlijke richtlijnen van een 7de eeuwse lefgozer uit Mekka, om vervolgens met 21ste eeuwse, westerse technologie in haar rechterknuist in een polderstad te gaan joggen. En dan betreft het ook nog 'ns een romige Hollandse boerentrien die haar heil denkt te vinden in een woestijnmythe ontsproten uit het vroeg-Middeleeuwse brein van een vechtjas slash vrouwenverslinder. Nogmaals: krankjorum.
Maar al mijmerend voel ik ook enige waardering voor het meiske ontluiken. Ze toont immers lef door op zo’n opvallende wijze rond te fladderen, want ze weet dondersgoed dat iedereen die haar zo in die zwarte wigwam ziet joggen, haar terstond voor gek verklaart. Gek, ja dat is ze zeker, maar lef heeft ze ook. 
Ik hoop vurig dat ik dezelfde hoeveelheid lef heb als straks, over enige jaren, onze samenleving drastisch is veranderd. Die samenleving is immers steeds meer naar deze rennende moslima toegekeerd. Ja, ze heeft de wind mee. Ze wordt niet alleen gedoogd, ze wordt meer en meer begrepen en gerespecteerd. Wie daar hardop iets van durft te vinden wordt afgeserveerd. Zo zag ik onlangs hoe twee rechts-populistische Kamerleden door de overige partijen straal genegeerd werden toen ze de nieuw geïnstalleerde regering vroegen naar eventuele maatregelen inzake de toenemende invloed die de islam op de Nederlandse samenleving uitoefent. Een serieuze reactie kregen ze niet. Het is duidelijk, deze twee politici roeien tegen de stroom in en gaan het niet redden. Het resultaat is een breed gedragen politiek correcte koers die ervoor zorgt dat straks niemand meer vreemd opkijkt van zwarte lappen textiel in het Hollandse straatbeeld. Ik hoop dat ik dan net zo veel lef heb als dat joggende meisje, in dié zin dat ik er dan nog steeds voor uit durf te komen hoe krankjorum ze is. 


zaterdag 4 november 2017

Schoudervulling

Vorige maand kocht ik een winterjas. Een stoer ding in army look, inclusief epauletten. Epauletten, wat een schitterend woord! Epaulette, epaulettes, epauletten, het jubelt de hele dag door mijn kop, zo mooi. Behalve dat het mooi klinkt, staan ze mij ook verdomd goed. Bij een ouder en door het leven gebutst persoon, gaan de schouders immers steeds meer hangen. Maar door die stoere epauletten op de uithoeken van mijn torso lijk ik ineens geblokter, manhaftiger. Ogenschijnlijk kan ik de wereld weer aan. Dat was ook de oorspronkelijke functie van epauletten. Ooit waren ze door krijgslieden bedacht als schouderbescherming om op het slagveld sabelhouwen te weerstaan. Later kregen ze een optische functie: strijders zagen erdoor imposanter en afschrikwekkender uit. Of dat nog steeds geldt weet ik niet, maar in het modebeeld zijn ze niet weg te denken. Ik draag mijn nieuwe jas plus epauletten dan ook met verve. Het liefst prik ik er nog een paar eretekens op. Maar hoe verdien ik die? Aanmelden bij het leger, de fanfare, de carnavalsvereniging of als portier bij een chique hotel? Helaas ben ik daar niet (meer) geschikt voor. Hier past dus enige nederigheid, en een stel hangende schouders.