zondag 2 mei 2021

Venijn

Toen wij hem ontdekten lag hij lekker te zonnebaden, midden op een ruig zandpad, ergens op de golvende heide. We stonden erbij en keken ernaar; eerst ietwat geschrokken, later geobsedeerd en vol aandacht. Een adder is giftig, oppassen dus. Niet dodelijk voor een volwassene, maar in hoeverre dit venijn je gezondheid kan aantasten was mij niet heel duidelijk. Terwijl mijn begeleidster al cirkelend plaatjes schoot, vroeg ik me af hoe zo’n adderbeet zou aanvoelen. Zoiets als vijf wespensteken tegelijk? Gevolgd door koorts of een zwellend lichaamsdeel? Hoe dan ook, een snelle rit naar een eerste hulppost zou toch wel geboden zijn, leek me. Best beangstigend, zeker omdat het addergebroed inmiddels erg boos op ons was geworden, pisnijdig, sissend zelfs.
Zijn chagrijn ving aan nadat ik het serpent met behulp van een takje trachtte te verplaatsen naar een plek tussen de heidestruiken, wat hij natuurlijk als een bedreiging opvatte. Ik deed dat echter juist voor zijn eigen bestwil omdat-ie dwars op het zandpad lag. We hadden namelijk al eerder opgemerkt dat ook terreinfietsers zich deze route toe-eigenden. Overal op het zandweggetje waren de stoere bandensporen zichtbaar van in lycra gehuld fietsvolk. Zoals deze slang erbij lag zouden zij, wellicht verblind door hun fysieke inspanningen, dwars over hem heen crossen.
Jazeker, een adder is giftig. Maar terreinfietsers zijn gif voor de natuur als geheel. Misschien geldt dat inmiddels zelfs wel voor álle mensen die bos en hei bezoeken. Zelfs voor twee slaapwandelende pensionado’s, ofschoon het duo na deze ontmoeting weer klaarwakker was.

Dwars op het zandpad...


Geen opmerkingen:

Een reactie posten