Ik kán niet meer, richt me weer op, overzie het slagveld. Moed is in mijn tuinklompen gezakt, vingers verkrampen, het zwart kruipt steeds dieper onder de nagels, mijn rug kraakt kalkachtig, het voorhoofd bonst. Denken gaat amper.
Straks verdergaan? Een vakman bellen en vragen of hij al het gras eruit wil steken en daarna nieuwe zoden laten leggen?
Maar een mannetje in en rondom huis geeft onrust. Dan moet je weer met hem praten, vragen of-ie koffie blieft, allerlei adviezen aanhoren, dat soort geëmmer. En dan ligt mijn hele tuin ook nog eens midden in het bloeiseizoen overhoop. Ik haat het. Ik haat alles.
Ik keer het gazon de rug toe, loop de woonkamer binnen, achtervolgd door een modderspoor. Ga op de bank zitten, smachtend naar verlossing: de inslag van een asteroïde graag.
Maar een mannetje in en rondom huis geeft onrust. Dan moet je weer met hem praten, vragen of-ie koffie blieft, allerlei adviezen aanhoren, dat soort geëmmer. En dan ligt mijn hele tuin ook nog eens midden in het bloeiseizoen overhoop. Ik haat het. Ik haat alles.
Ik keer het gazon de rug toe, loop de woonkamer binnen, achtervolgd door een modderspoor. Ga op de bank zitten, smachtend naar verlossing: de inslag van een asteroïde graag.
Met moeë ogen kijk ik door het raam naar de plek waar ik net nog stond. Adem diep. Sta op, loop weer naar buiten en ga verder met waarmee ik net was gestopt.
![]() |
Ruw Beemdgras |
Ohhh....dat moest er echt even uit, he? Ik voel met je mee, vooral op het punt van 'het mannetje'.
BeantwoordenVerwijderenIk wens je een droomtuin vol met rozenstruiken en fruitbomen toe, zonder één sprietje 'wild' gras, waar jij zelf ook wild van wordt. 😁
Dank je, Karin.
Verwijderen