In de hoop het lijfelijke verval enigszins te temperen, galoppeerde
ik zuurstof happend het donkere bos in. Al snel bleek dat het aldaar wemelde van de
honden; kennelijk een (club)evenement voor de vele huiswolven die mijn stad
rijk is. Overal gekef en kwispelende staarten. Als dat maar goed gaat, dacht
ik, waarbij ik vooral vreesde voor mijn welgevormde en vooral erg blote onderdanen.
Niets zo aantrekkelijk voor een tochtige rottweiler als een hap in de blozende kuiten
van een hijgend voortijlende jogger. Ofschoon hondenliefhebber, slalomde ik daarom toch ietwat voorzichtig door de diverse roedels. ‘Hij doet niks hoor,’ klonk het hier en daar geruststellend. Maar eenieder weet dat er onder elke diersoort (zie met name de
onze) talloze misdrukken bevinden, dus zo geruststellend is dat ook
weer niet.
Gelukkig liep het allemaal goed af. Maar juist toen ik meende
definitief uit het zicht te zijn van de harige meute, voelde ik een venijnige pijn in mijn
linkerkuit. Ik keek en zag daar een wesp zitten, een extreem groot exemplaar nog wel.
'Deksels,' riep ik terwijl ik hem wegsloeg, maar waarschijnlijker is dat
ik een ander woord bezigde.
Nu ben ik wel vaker door zo’n kreng gestoken, maar nondeju, dit
deed wel heel erg au! Vrijwel direct verspreidde een tsunami van vlammen zich
door mijn onderbeen. Terwijl ik uiterst manmoedig de gruwelpijn negerend mijn
parcours vervolgde, vroeg ik me af hoe het wel niet zou voelen als slangen- of
schorpioenengif door je aderen dendert.
Afijn, lang verhaal kort: joggen kan de gezondheid ernstig schaden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten