Men neme een snee brood, kuipje
boter en een pot pindakaas. Met een schoon mes smeer je eerst de boter op het brood.
Daarna de pindakaas. Stop! Er zitten nu geheid boterresten op het mes en die wil je
niet in de pot met pindakaas want dan kan de boel gaan schimmelen. Om dat te
voorkomen pak je een tweede schoon mes, neem je er een lik van uit de pindakaaspot en
smeert die over de boterham. Het is daarbij van groot belang om een exact de goede
lik te nemen. Want neem je te veel pindakaas op je mes dan zit je onhandig te
klooien met het restant. Neem je te weinig dan zul je nóg eens in de
pindakaaspot moeten roeren. Maarrr, dat kan niet want inmiddels zitten ook op
je tweede mes boterresten. In dat geval zul je een derde smeermes moeten
gebruiken.
Bij veelgeroemde ‘uitdagingen’ als
parachutespringen en bungeejumpen hoef je slechts op het materiaal te
vertrouwen en verder kun je er naar hartenlust bij schreeuwen en de malloot
uithangen - wat velen ook doen. Bij het smeren van een boterham met pindakaas
heb je techniek en inschattingsvermogen nodig. Het is een pittige klus die
stilte en concentratie vereist.
Conclusie: voor een uitdaging hoef je
beslist de deur niet uit.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten