woensdag 12 maart 2014

Burgerlijk

In mijn vorige verhaaltje schreef ik over burgerlijke genoegens als grasmaaien, ramenlappen en autowassen. Er is echter nog veel meer burgermansplezier. Op reis gaan bijvoorbeeld. Vreemd genoeg denken de meeste reislustigen juist dat ze het burgerbestaan ontlopen door hun koffers te pakken. In de tijd van Livingstone klopte dat wellicht, maar nu geldt eerder het tegendeel. Jongeren backpacken zich de pleuris. Loonslaven op sabbatical wensen zich een tijdelijk nomadenbestaan. En senioren lijken na hun pensionering slechts één wens te hebben: (nóg meer) mooie reizen maken. En dus kachelt iedereen iedereen achterna. Studenten in coole hostels, sabbaticalvierders in exotische homestays, tuthola's op spannende safari's, flinkerds op bergtoppen, pensionado’s in campers of luxe hotels. Burgerlijk, burgerlijk, burgerlijk.
Na ons streven naar onsterfelijkheid en het schoonhouden van ons nestje, is het verlangen naar de horizon - reizen dus - wellicht onze meest burgerlijke wens. Deze drie eigenschappen komen voort uit die ene oerkracht: de soort in stand houden. Of zoiets. Om diezelfde reden heb ik zojuist een vlucht naar Zuidoost-Azië geboekt om aldaar mijn eerste kleinkind in de armen te kunnen nemen. Heel burgerlijk, maar ach, het is ter wille van de soort. Of zoiets.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten