woensdag 19 augustus 2015

Orgeltje

Als twaalfjarig jochie studeerde ik klarinet, mij aangepraat door mijn achterban. Een lastig instrument, bleek al snel. Snelle vingermotoriek en goede embouchure, oftewel lipspanning, zijn vereisten. Daarbij dien je steeds weer het vermaledijde rietje, onderdeel van het mondstuk, op de gewenste dikte te slijpen en schuren, want dit vliesdunne stukje bamboe zorgt voor beweging van lucht in het instrument, zodoende voor het gewenste geluid. Klarinet spelen vraagt dan ook veel geduld, toewijding en inzet. Afijn, toen de Beatles en Stones opkwamen slingerde ik ‘die fluit’ dan ook snel in de wilgen. Toch borrelen bij mij nog immer warme gevoelens op bij het horen van de ietwat nasale, houtachtige klanken van dit mooie instrument.
Het wellicht beroemdste klarinetnummer is Petite Fleur uit de fifties. En juist deze klassieker hoor ik wanneer ik over het stadsplein richting de HEMA loop. Midden op dat plein brengen drie wat oudere heren instrumentale nummers ten gehore: een bassist, een toetsenist en een drummer. Heel verdienstelijk. Maar ineens realiseer ik me dat ik de klarinet in hun uitvoering van Petite Fleur wel hoor maar niét zié. Sodeju, het is de toetsenist die deze klanken produceert, of beter: zijn keyboard! De zo kenmerkende klarinetklanken worden elektronisch voortgebracht door een gezapig kijkende grijsaard die op een lullig orgeltje priegelt.
Snel loop ik de HEMA binnen en zwiep de deuren hard achter me dicht. 



Geen opmerkingen:

Een reactie posten