maandag 10 augustus 2015

Spiegelen

‘Is-ie lek,’ vraagt een struise vrouw met een grote spiegelende zonnebril terwijl ze naar onze kano kijkt waarin een decimeter water staat. ‘Nee, we zijn zojuist omgeslagen,’ antwoord ik zo luchtig mogelijk. ‘O,’ zegt ze, ‘daar heb ik wel wat voor.’ Ze loopt naar haar motorboot die aan de andere kant van de steiger ligt aangemeerd, komt terug en reikt mij een handig schepemmertje aan. Met dit emmertje schep ik het water uit ons bootje opdat we onze zomerse kanotocht over de Wieden kunnen vervolgen. Als de klus is geklaard bedank ik haar voor de hulp waarop ze antwoordt: ‘Ach, ik help graag. Mijn ouders hebben ook zo’n ding (ze trekt er een vies gezicht bij) en met hun gaat het ook soms mis. Laatst hebben we hun nog moeten slepen omdat ze te ver waren afgedreven door de harde wind.’
Het is me duidelijk dat ze ons – vriendin en mij – ziet als haar ouders: een stel oudjes dat zo nodig nog actief moet zijn. En wellicht heeft ze daarin gelijk, want in haar brillenglazen zie ik twee seniore stumpers op een steiger: ik in een zwembroek vol modder, vriendin met een bebloede hand die ze zojuist opliep tijdens onze scheepsramp en ook nog twee druipende rugzakken. Ik hou niet van spiegelende zonnebrillen. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten