Kijk, dat heet nou een warm welkom.
’s Avonds, weer thuis, las ik in het boek ‘Daar werd wat gruwelijks verricht’ van Reggie Baay, dat handelt over de slavernij in Oost-Indië. Dit fragment viel me op.
---
Al in 1636 gaf gouverneur-generaal […] Pool opdracht om op Nieuw-Guinea ‘profytelycke’ handel te zoeken. En deze profijtelijke handel betrof naast ‘massooi’ (plantaardige olie) vooral slaven.
Het werd een dramatische reis. Bij Nieuw-Guinea aangekomen gaat Pool met tien van zijn mannen aan land. Direct worden ze aangevallen door ‘wel 100 wilde menschen, veel grooter ende grover van posture als onse natie, gantsch swart gelijck de kaffers van Angola, met lang haijr tot over haer schouders, niet anders om t lijff hebbende dan eenich decksel voor de schamelheijt […]. Er vallen doden, onder wie Pool zelf. Hij wordt met een assegaai in de rug geraakt, vervolgens met zijn eigen degen in stukken gehakt en ten slotte het bos in gesleept.
---
Ook dit was een warm welkom. Maar anders dan in Zutphen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten