-----
Het is bekend dat hoe meer slachtoffers er vallen vanwege
een imaginair verhaal, des te heviger we ons daaraan vastklampen, omdat we zo
wanhopig graag willen dat die offers – en het leed dat we hebben veroorzaakt –
zin hebben. Religie is daar een goed voorbeeld van, maar zeker ook bij
politiek, oorlog, sport, financiën, het zakenleven, de liefde en nog een heleboel andere onderwerpen doet zich dit fenomeen voor.
In 1915 stortte Italië zich in de Eerste Wereldoorlog omdat
het Trento en Triëst wilde ‘bevrijden’, twee 'Italiaanse' gebieden die ‘ten
onrechte’ onder Oostenrijk-Hongarije vielen. Italiaanse politici hielden
vlammende betogen in het parlement, zwoeren dat ze deze historische fout recht
zouden zetten en beloofden een terugkeer naar de glorietijd van het oude Rome.
Honderdduizenden Italiaanse rekruten gingen naar het front met de strijdkreet:
‘Voor Trento en Triëst!’ Ze dachten dat het een eitje zou worden.
Dat viel vies tegen. Het Oostenrijks-Hongaarse leger had een
sterke verdedigingslinie opgeworpen langs de rivier de Isonzo. De Italianen
leverden daar elf bloedige veldslagen, waarbij ze hoogstens een paar kilometer
terrein wonnen en nooit een echte doorbraak wisten te forceren. In de eerste
slag verloren ze 15.000 man. In de tweede 40.000. In de derde 60.000. Zo ging
het meer dan twee afschuwelijke jaren door, tot het elfde offensief. Toen
gingen de Oostenrijkers (met beslissende steun van de Duitsers. R.N.) in de
tegenaanval en in het twaalfde gevecht, beter bekend als de Slag bij Caparetto,
versloegen ze de Italianen grandioos en dreven ze hen bijna terug tot aan Venetië.
Het glorieuze avontuur was een bloedbad geworden. Aan het einde van de oorlog
waren er bijna 700.000 Italiaanse soldaten gesneuveld en waren er meer dan een
miljoen gewonden.
Na het verliezen van de eerste slag bij de Isonzo hadden de
Italiaanse politici twee keuzes. Ze hadden hun fout kunnen toegeven en kunnen
aanbieden een vredesverdrag te ondertekenen. Oostenrijk-Hongarije claimde geen
delen van Italië en had maar al te graag vrede gesloten, omdat het elders vocht
voor zijn eigen leven tegen de veel sterkere Russen. Maar hoe konden de politici de
ouders, vrouwen en kinderen van de 15.000 bij die eerste veldslag gesneuvelde Italiaanse soldaten dan in de ogen
kijken? Moesten ze zeggen: ‘Sorry, dit was een vergissing. We hopen dat het
niet te pijnlijk voor jullie zal zijn, maar jullie Giovanni is voor niets
gestorven, en uw Marco ook’? Ze konden ook zeggen: ‘Giovanni en Marco waren
helden! Ze zijn gesneuveld opdat Triëst Italiaans zou worden en we zullen
zorgen dat ze niet voor niets zijn gestorven. We blijven vechten tot de
overwinning aan ons is!’ Het zal niemand verbazen dat de politici die tweede
optie aantrekkelijker vonden. Dus kwam er een tweede veldslag en verloren ze
nog eens 40.000 man. Enzovoorts. De Italiaanse politici besloten wederom dat het beter was
om te blijven vechten, want ‘onze jongens zijn niet voor niets gestorven.’
-----
Wel dus.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten