zondag 28 februari 2016

Zeggen

Op het perron van station Amsterdam RAI stonden groepjes vrouwen met volle tassen. Mijn kwartje viel: de Huishoudbeurs. Twee van die dames worstelden zich mijn coupé binnen en namen niet ver van me plaats. De ene was een zwijgster, de andere helaas niet. Zij was het 'zeg-type'. Haar monoloog ging ongeveer zo:
‘Ik zeg, wat ga jij doen? Zegt ze, ik ga niet mee. Ik zeg, waarom niet? Zegt ze, druk. Ik zeg, waarmee dan? Ik zeg, je moet je niet zo druk maken, je moet je meer ontspannen. Zegt ze, jaha (hier zet de vrouw een raar stemmetje op) ik ontspan me heus wel, maak je om mij maar geen zorgen. Ik zeg, zorgen? Ik zeg, laat dat maar aan mij over. Ik zeg, dat maak ik wel uit of ik me zorgen maak, want ik ben je moeder. Ik zeg, je moet er gewoon wat vaker uit. Zegt ze, ik heb daar gewoon niet zo veel behoefte aan. Ik zeg, dan máak je maar behoefte! Ik zeg, hier wordt niemand vrolijk van zoals jij leeft. Ik zeg, dat gaat niet goed zo. Zegt ze, mam als ik je advies nodig heb dan vraag ik het wel. Ik zeg, ja duh. Ik zeg, jij vraagt mij nooit wat. Ik zeg, vroeg jij maar eens wat. Zegt ze, ik zie wel. Ik zeg, zoek het dan maar zelf uit.’
Allengs kreeg ik grote behoefte om mijn Metro op te rollen om de vrouw er links en rechts mee om de oren te rammen. Zonder iets te zeggen.






Geen opmerkingen:

Een reactie posten