Gelukkig zijn 'we' veel inventiever dan onze mededieren. Zo bedachten onze voorouders een tweede huid, meestal van gedroogde vellen van andere soorten. In eerste instantie was dat tegen de koude, maar later ook voor de sier, zeker nadat we het naaigerei uitvonden en de weeftechniek onder de knie kregen. Dat kwam goed uit, want sinds we de goden ontwierpen zadelden zij, op hún beurt, ons op met allerlei doemscenario's en vooral veel zonden en schaamte. Dit zorgde er voor dat we ons kale, langwerpige lijf zedig zijn gaan bedekken dan wel camoufleren. Esthetisch gezien was dat maar goed ook, want, zoals gezegd, aan de natuurlijke schoonheid van een dolfijn, ocelot of dikdik kunnen we nooit tippen. Het enige wat echter tot op heden in het volle zicht bleef was ons platgedeukte smoelwerk, vooral met die paarsig omrande, op een snijwond lijkende inkeping die de gateway vormt van onze spijsvertering. Maar gelukkig was daar ineens Het Mondkapje. Zo jammer als die weer verdwijnt.
zondag 27 december 2020
Gateway
Gelukkig zijn 'we' veel inventiever dan onze mededieren. Zo bedachten onze voorouders een tweede huid, meestal van gedroogde vellen van andere soorten. In eerste instantie was dat tegen de koude, maar later ook voor de sier, zeker nadat we het naaigerei uitvonden en de weeftechniek onder de knie kregen. Dat kwam goed uit, want sinds we de goden ontwierpen zadelden zij, op hún beurt, ons op met allerlei doemscenario's en vooral veel zonden en schaamte. Dit zorgde er voor dat we ons kale, langwerpige lijf zedig zijn gaan bedekken dan wel camoufleren. Esthetisch gezien was dat maar goed ook, want, zoals gezegd, aan de natuurlijke schoonheid van een dolfijn, ocelot of dikdik kunnen we nooit tippen. Het enige wat echter tot op heden in het volle zicht bleef was ons platgedeukte smoelwerk, vooral met die paarsig omrande, op een snijwond lijkende inkeping die de gateway vormt van onze spijsvertering. Maar gelukkig was daar ineens Het Mondkapje. Zo jammer als die weer verdwijnt.
zondag 20 december 2020
Kitsch
zondag 13 december 2020
TikTok
Vlakbij de basisschool bij mij om de hoek zag ik twee meisjes van een jaar of elf/twaalf synchroon een dansje doen. Een vrolijk gezicht; de meiden hadden er zo te zien lang op geoefend. Ingespannen smoeltjes met glanzende wangen en wild wapperende krullen. Dichterbij komend, zag ik dat ze een smartphone rechtop tegen een muurtje hadden geplaatst. Vermoedelijk filmden ze hun act óf ze kopieerden juist hetgeen ze op het schermpje zagen. Hoe dan ook, toen ze mij in de smiezen kregen staakten ze, lief en verlegen, geleidelijk hun vrolijke gehups waarna ze overgingen in aanstekelijk geproest, zoals alleen bakvissen dat kunnen. Best jammer, want meisjes - en jongens - mogen van mij overal dansen, hoe vaker hoe beter. Maar deze twee meiden waren daarvoor toch iets te bleu, wat op zich al hartveroverend is. Toen ik vlakbij was vroeg ik daarom met mijn allervriendelijkste gezicht alwaar menig kinderlokker terstond jaloers op zou zijn: ‘Hai kids, zeker iets met TikTok?’ (Een populaire dansapp, voor wie het niet weet.) De grietjes barstten tweestemmig uit in een opgewonden 'Jahaaaaaa’ waarna ze ineens toch weer hun schroom overwonnen en spontaan hun danspasjes hervatten. Kennelijk redeneerden ze nu zoiets als: Wow, die supercoole opa weet wat TikTok is, dús staan we hier niet voor aap en kunnen we chill verder met ons dansje. Nou ja, ik hoopte maar dat ze zo dachten. Want toen ik gepasseerd was hoorde ik ze achter mijn rug alweer proesten, zoals alleen bakvissen dat kunnen.
Klik HIER voor een filmpje vol hippe dansmoves uit de afgelopen decennia.
zondag 6 december 2020
Big Brother
In die hoedanigheid toerde ik op een duifgrijze ochtend als een glimlachende emoji door een stilaan winterse polder. Wat later stopte ik bij een benzinestation voor wat peut, tevens besloot ik er de bandenspanning te controleren. Dat laatste bleek geen luxe: er moest veel lucht bij. Maar al snel was ik weer lekker onderweg - favoriete muziekje erbij. Plots werden The Flying Burrito Brothers ruw onderbroken door een commercial die ik niet eerder hoorde. De boodschap (van een verkeersstichting of zoiets) was zorg te dragen voor een goede bandenspanning, want het kwam je veiligheid ten goede én je benzineverbruik. Verdomd, dat is wel héél toevallig, dacht ik. Maar dat was het niet, want zo'n tien minuten later hoorde ik dezelfde boodschap. En even later weer. Big Brother Is Watching You, wist ik nu zeker terwijl ik verwijtend naar mijn smartphone keek, en vond het meteen doodeng.
Toen ik later die dag, weer thuis, mijn mailbox opende, zag ik een berichtje van de betreffende muziek-streamingdienst. Vrij vertaald stond in de mail: ‘Je hebt vandaag een x-aantal minuten plezier gehad van onze gratis dienst. Misschien wordt het daarom tijd voor een abonnement. Dat geeft veel voordelen, waaronder geen reclame-onderbrekingen.’
Mijn tip is de term ‘vooruitgang’ uit de openingszin te lezen als 'voortgang'.
![]() |
Een van mijn favoriete countryrockbands 'van vroegah': The Flying Burrito Brothers. Hun sound horen (en meezingen met de lyrics)? Klik HIER |
zaterdag 28 november 2020
Kierewiet
Mensen staan, zitten of lopen de godganse dag met gebogen hoofd op hun schermpje te turen: afhankelijkheid en verslaving ten top. Mag ik dat sneu vinden? Ja, dat mag. Vind ik. Maar sinds kort doe ik dat ook. Dat komt door een zopas geïnstalleerde app op mijn iPhoHuaSam G7 Gold Edition. Die app analyseert de vogelgeluiden die ik links en rechts waarneem en vertelt me om wat voor kwetteraars het gaat. Dus als ik in een mensluwe omgeving, waar ik graag vertoef, zoiets hoor als tsjepitsjietsjje-petietsjepetietie, dan vertelt die app mij dat ergens boven mijn kruin een goudhaantje zit. Of twietwietwiet-jippietjippie als het een puttertje betreft. Of tjinktjinktjink als het om een heggenmus gaat. Kortom, in plaats van vol verwondering en gelukzalige onwetendheid de natuur te observeren, of juist de schitteringen en gektes die het dagelijkse straatbeeld mij voorschotelt te doorgronden, zit ik nu - zoals vrijwel iedereen - met gebogen kop en strakgespannen nekspieren op mijn schermpje te turen teneinde mijn grijze hersencellen vol te plempen met belastende, ruimtevretende, kierewietmakende informatie die een mens kan missen als kiespijn. Dus ja, ik vind dat ik best sneu mag vinden. Vind ik.
Goudhaantje zien en horen? Klik HIER
dinsdag 24 november 2020
Paraguay
Je bent hartstikke fout geweest in een verloren oorlog. Je land ligt in puin, iedereen wijst met een beschuldigende vinger naar jou en als het tegenzit wacht je de strop of de kogel. Wegwezen dus! Met klotsende oksels raap je je Rijksmarken bijeen, pleurt het hoognodige in je koffer, pakt op een duister, half weggebombardeerd station de Eisenbahn richting Bremen of Hamburg en scheept in voor een overtocht op een roestige schuit naar een werelddeel waar die hele Scheisserei vrijwel aan voorbij is gegaan: Zuid-Amerika. Aldaar kom je uiteindelijk via omwegen terecht in een diepe uithoek ergens in het binnenland waar zich toevallig decennia eerder al een piepkleine religieuze Germaanse gemeenschap heeft gevestigd, wat je onzichtbaarheid vergroot: Paraguay. In dat verborgen land betrek je een stulpje in het groen en hou je je zoveel mogelijk gedeisd. Wat je dan nog rest is achterdochtig over je schouders kijken totdat je de pijp uitgaat, wat vermoedelijk uiterlijk 2020 zal hebben plaatsgevonden. Zum Wohl!
![]() |
Wist ik niet: de Paraguyaanse vlag verschilt weinig van de onze. |
vrijdag 20 november 2020
Madagaskar
Terug naar de lemuren, mijn enige kennis over Madagaskar, zij behoren tot de orde der halfapen. Primaten, zo hebben wijze wetenschappers ooit bedacht, zijn namelijk te verdelen in drie categorieën: halfapen, apen en mensapen. Wijzelf vallen in de laatste categorie, lemuren juist weer in de eerste. Goed beschouwd is dus zowel de lemuur als de mens een soort net-niet-aap. Dat schept een band. Lemuren en de linksback van Top Oss kunnen elkaar daarom gerust de hand schudden. Het liefst in het wild. En dat kan dus alleen op Madagaskar.
![]() |
Ringstaartmaki's zijn wellicht de meeste bekende lemurensoort. Foto: Beekse Bergen. |
maandag 16 november 2020
Bosnië Herzegovina
Nu ik toch zo egostrelend bezig ben met nutteloze weetjes over kustlijnen: zeer weinigen weten dat het bergachtige Bosnië Herzegovina voor een lachwekkend klein deel aan zee ligt. Pak daarom de kaart van dit zwaar bevochten Balkanland er maar ‘ns bij en ontdek dat het, jawel, maar liefst 22 kilometer kust bezit. Het heeft daarmee de een na kortste waterlijn van alle aan zee grenzende naties - alleen Monaco’s oever is korter. Best een ludiek gegeven dat een land dat groter is dan Nederland, slechts een kustlengte heeft vergelijkbaar met die van Rottumerplaat. Bosnië Herzegovina is als een obese badgast met één teen in het water.
woensdag 11 november 2020
Bipolair
![]() |
Apache AH-64 gevechtshelikopter boven heide bij Elspeet. Foto: Carla Broeders |
vrijdag 6 november 2020
Writer's block
zaterdag 31 oktober 2020
Vouwbeen
![]() |
Vouwbeentjes zijn er in allerlei vormen en materialen: kunststof, hout, (edel)metaal, been of ivoor. |
maandag 26 oktober 2020
Kapitein Haddock
‘Arts in opleiding; hoe lang duurt je studie nog,’ vroeg ik terwijl ik me weer aankleedde.
‘Nog anderhalf jaar, dan ben ik legerarts,’ vertelde het jonge ding.
‘Legerarts? Zozozo’ klonk ik als een sleetse kerstman, ‘Maar dan ben je nu dus al militair?’
‘Klopt,’ zei het jonge ding.
‘Vaandrig of inmiddels luitenant,’ vroeg ik, want dat zijn aankomend legerartsen bij mijn weten.
‘Ik ben al kapitein hoor,’ zei ze met een trots lachje.
Duizend bommen en granaten, gierde het Haddockiaans en met veel uitroeptekens door m'n kop. Ik weet nog dat ik als dienstplichtig soldaat van pakweg twintig lentes enorm opkeek tegen een legerkapitein – zo’n addergebroed met wel drie sterren! Zo’n bliksemse, donderse, doortrapte Basji-Boezoek was destijds iemand van middelbare leeftijd met veel gezag, een snor én Korea-ervaring. Zo'n donderbomse knuppel die een hele compagnie aanvoerde, pakweg 150 man. Zo’n gekielhaalde blaaskaak die je soms op rapport riep en pittige straffen uitdeelde als je uitrusting niet op orde was of als je te laat van verlof terugkwam. En nu bleek dit jonge ding, deze duvelse zoetwatermatroos, die makkelijk mijn kleindochter had kunnen zijn, reeds legerkapitein!
Jaren ouder verliet ik de huisartsenpraktijk.
dinsdag 20 oktober 2020
Ina Adema
Naderend over het bospad zag ik in de verte twee vrouwen op een bankje zitten. Zo te zien genoten ze met volle teugen van de oktoberzon, hun gezichten half omhoog. De meest rechtse dame hield haar handen voor zich met de palmen naar boven, alsof ze elke vitamine Deetje wilde opvangen. Nee wacht, het leek meer alsof ze Vader Zon aanbad. Maar dat viel allemaal erg mee, want dichterbij gekomen hoorde ik de twee ginnegappen als bakvissen. Nóg dichterbij gekomen herkende ik in de linkse dame onze burgemeester, Ina Adema. Nou ja, op moment van schrijven was ze dat net niet meer, want mevrouw Adema was zojuist gepromoveerd tot commissaris van de Koning in Brabant. Ze ging dus aanstonds verhuizen en mijn stad verlaten. Jammer, want ze was erg bekwaam en geliefd, heb ik begrepen. Maar ja, commissaris van de Koning is wellicht een te mooie promotie om te weigeren. Bovendien woont haar levenspartner, Carolien, in Den Bosch, had ik ergens gelezen, dus ja, dan is Brabant zo gek nog niet. Maar wacht eens even, dan was die andere vrouw op het bankje vast Brabantse Carolien, degene die lacherig haar handpalmen in aanbidding van de zon omhoog hield.
Thuis gekomen deed ik meteen onderzoek naar mijn ex-burgemeester waarbij ik uit de krochten van het internet als bonus ook 'haar' Carolien kreeg voorgeschoteld, die ik meteen herkende. Het leken me beiden erg leuke dames. Ik hoop dat het stel nog heel lang en heel vaak samen op een bankje van de zon mag genieten. Waar of in welk ambt dan ook.
![]() |
Links Ex-burgemeester van Lelystad, Ina Adema, inmiddels commissaris van de Koning in Brabant. Rechts Carolien. Tussen hen in prins Carnaval. (Foto Omroep Brabant) |
dinsdag 13 oktober 2020
Stoelgang
Kortgeleden werd mij gevraagd een postoel in elkaar te zetten. Eerlijk gezegd had ik nog nooit van een postoel gehoord; het synoniem 'toiletstoel' zei me meer. Goed dat ze er zijn trouwens, want met een postoel naast het bed hoeft een immobiel persoon, niet (meer) in hoge nood naar de wc te strompelen. Een bedpan of luiers zijn de alternatieven, maar dat stadium stel je begrijpelijkerwijs zo lang mogelijk uit.
Betreffende stoel kwam in onderdeel uit een doos, waarna ik als IKEA-slaaf aan de gang ging. Plaats van handeling was de aanleunwoning van een licht dementerende, oude vrouw die bovendien nauwelijks kon lopen. Zij zat op deze regenachtige zondagmiddag in haar woonkamer naar haar treurbuis te kijken terwijl ik in de beslotenheid van haar belendende slaapkamertje de postoel in elkaar schroefde. Na het nodige gezweet en gezucht mijnerzijds, stond er uiteindelijk een verrijdbare stoel waarop (of waarin?) iemand die niet meer zo makkelijk rondhuppelt, zijn of haar behoefte kon doen. Vervolgens ging ik, teneinde de stevigheid van deze constructie te testen, er zelf op zitten - er was toch niemand die me zag. Zo zat ik, op een verregende Dag des Heeren in een zijkamertje van een aanleunwoning, enkele seconden voor me uit te staren op een spiksplinternieuwe postoel. Maar dat was lang genoeg voor een riant zicht op de menselijke gangen: opgang, voortgang, neergang. En stoelgang.
dinsdag 6 oktober 2020
Consequent
Wie als Nederlander San Fransisco of Arizona op z'n Amerikaans uitspreekt, dus iets als Sènfr’nsisco of Èwrizone, loopt kans voor aansteller te worden uitgemaakt. Of voor iemand die hoognodig wil uitdragen dat-ie kosmopoliet is. ‘Doe normaal en spreek Arizona gewoon uit als Arizona, net zoals iedereen hier!’ De bijzin is veelbetekenend, want eigenlijk wordt bedoeld: volg de kudde. Maar de kudde is onnavolgbaar. Want wie bijvoorbeeld Utah of Houston niet uitspreekt als Joetà of Joest'n maar op z'n janboerenfluitjes, kan direct op hoongelach rekenen. Hij of zij laat hiermee immers ongewild merken géén wereldburger te zijn maar een boertige heikneuter, wat ook al geen aanbeveling is. Conclusie: Arizona moet je op klompen uitspreken, maar Utah op cowboylaarzen. Tamelijk inconsequent dus, met gevolg dat je op eieren loopt, ongeacht je schoeisel.
Een tijdje terug passeerde ik, van achteren komend, een wandelaar op het fietspad. Hij schrok toen ik hem inhaalde en riep me woedend na: ‘Heb je geen bel of zo!’ (Nogmaals: hij wandelde op het fietspad!) Maar een paar dagen later gebruikte ik - wijzer geworden - in exact dezelfde situatie wél mijn fietsbel. Toen ving ik echter heel andere geluiden op: ‘Ja ja, rustig maar, je kan er toch makkelijk langs? Lul!’
Het is in onze samenleving kennelijk niet alleen vaak op eieren lopen, maar ook fietsen. Gek genoeg kun je dat nu juist wél consequent noemen.
woensdag 30 september 2020
Barbie
Vele jaren later, mijn racket bungelde al lang aan de wilgen, zag ik haar regelmatig passeren in mijn polderdorp. Zodoende constateerde ik hoe ze - ooit Barbie, later milf - op een mooie manier verrimpelde naar een gedistingeerde seniore dame. Totdat onlangs haar foto in de regiokrant prijkte. Een schok, want die foto stond ingekaderd bij haar overlijdensadvertentie. Te oordelen naar dat bericht moet ze een schitterend mens, lieve echtgenote, moeder en grootmoeder zijn geweest die haar ziekte 'moedig had gedragen'. Tevens was ze een zeer gewaardeerde buuf, want in een separaat krantenbericht uitten ook haar buurtgenoten hun verdriet en gemis.
woensdag 23 september 2020
Nekhernia
Enkele meters links van mij bevonden zich twee mannen: een koppel, leek mij zo. De ene had een donkere huidskleur, een gladgeschoren schedel, gebeeldhouwde tors en vanonder was hij gestoken in strakke jeans. De andere was een buikige Batavier met zijn blond baardje en harige lijf, hij droeg een zwembroek. De twee converseerden gezellig in het Engels. Wat me het meest aan hen opviel was de hardware die ze links en rechts op het zand hadden uitgestald: professioneel ogende fotoapparatuur, een keukenkrukje en een bonte verentooi die zo kenmerkend is voor indianenopperhoofden. De verklaring kwam spoedig.
De Batavier liep met het keukenkrukje in de hand het water in tot daar waar het zo diep was dat het krukje nipt onder het oppervlak verdween. Intussen zette de donkere man de imposante indianenhoofdtooi op z'n knar en waadde ermee, nog steeds gestoken in die strakke jeans, naar de plek waar het nu onder water verdwenen krukje stond. Daar stapte hij op het krukje en richtte zich op waardoor het leek of hij óp het water stond - denk aan een donkerbruine Jezus met een verentooi op zijn hoofd. Het was zowel absurdistisch als schitterend. Vervolgens nam hij geroutineerd een Apollo-achtige pose in. De Batavier had inmiddels een forse camera gepakt en fotografeerde daarmee zijn 'op het water staande' model vanuit verschillende ooghoeken maar altijd wel zo dat de lage septemberzon de gespierde tors van dit zwarte Apolliaanse opperhoofd met magisch strijklicht aftekende. Het was, zacht uitgedrukt, een niet alledaags schouwspel daar aan het strand van mijn polderdorp. Menig nieuwsgierige badgast liep dan ook een nekhernia op. Ikzelf zocht het antwoord in een bijzonder kunstproject of misschien iets artistieks voor Instagram. Hoe dan ook, de twee vrienden hadden volkomen schijt aan de lacherige blikken van onbegrip onder de strand-bourgeoisie en gingen onverstoord verder met hun fotosessie in het water. Toen ze klaar waren ruimden ze hun uitdragerij weer in waarna ze kalmpjes en voldaan vertrokken op twee volbepakte hipsterfietsen. In hun achtergelaten leemte bleef ik nog lang naar de kim van het Markermeer turen. De eindeloze zomer van 2020 leek nu toch echt ten einde.
woensdag 16 september 2020
Actieradius
‘Kom,’ zei hij daarna zijn kopje trillerig op tafel terugzettend, ‘ik ga op huus an. Wens u nog een fijne dag. En g'niet van het mooie weer.’
Dat probeerde ik.
dinsdag 8 september 2020
Uniformiteit
Zuiverheid ontdek ik bij mezelf daarom slechts als ik solo ben. Heel fijn, maar solo kan ook best eenzaam zijn. Daarom fantaseer ik soms dat er een kloon van mezelf bestaat. Iemand die volkomen eender is. Lijkt me bijzonder prettig. Met hem kan ik geheel mezelf blijven - zuiverheid in optima forma. Hij kent immers dezelfde lusten en lasten; talenten en zwaktes; heeft dezelfde (wan)smaken, humor of fantasieën; is geïnteresseerd in gelijke onderwerpen. Op een terrasje bestelt mijn kloon natuurlijk hetzelfde als ik waarna we in verbondenheid keuvelen of juist zwijgen. Zuiverheid, oprecht jezelf zijn, geen enkel geheim of verborgenheid en tóch met een ander, wie wil dat niet?
De grote schepper, in wie toch verrassend veel slimme mensen geloven, heeft een enorme stommiteit begaan door individuen te ontwerpen. Dat lijkt mooi en voorziet het leven zeker van jeu, maar al die verschillende individuen zorgen vroeg of laat op zijn minst voor een beetje wrijving, steeds vaker meer dan ‘een beetje’, vooral als het om miljarden exemplaren gaat. Hoogste tijd daarom voor een en dezelfde mens, voor klonen dus, want ik denk dat uniformiteit - alle neuzen één richting uit - de enige redding is voor de mensheid én Moeder Aarde. Voorwaarde is wel dat wetenschappers mij als uitgangspunt nemen, anders lijkt het me helemaal niks.
donderdag 3 september 2020
Camp
De volgende ochtend ontdekten we in een sfeerloos ontbijtzaaltje, op een prominente plek aan de muur, een Delfts blauwe tegel met de tekst: ‘Wie Niet Waagt Wie Niet Wint’. Regelrechte camp, meenden we. Zeer geslaagd bovendien, want wie anno twintigtwintig deze spreuk zo pontificaal in zo'n ambiance durft te presenteren verdient de Nobelprijs voor Ironie. Toch herzagen we ons idee van camp weer snel. Het belegen tegeltje paste immers naadloos tussen de andere oude meuk in het hotel. Niks geen dubbele bodem!
Hoe dan ook, het lekker allitererende gezegde wie niet waagt wie niet wint mag door zijn sleetsheid onbedoeld ironisch klinken, het is nog altijd de harde waarheid. Als niemand iets had gewaagd dan leefden we nog steeds in grotten. Zo kun je ook stellen dat wij best wat waagden door in dit treurig ogende hotelletje de nacht door te brengen. Maar als bonus kregen wij de volgende ochtend dit schitterend gedateerde, ontroerende muurtegeltje voorgeschoteld. Pure winst.
donderdag 27 augustus 2020
Hamburgers
Elkaars ogen vorsend, raakten we halverwege onze stijging aan de praat. Hamburgers waren ze, dat wil zeggen dat ze uit die stad kwamen. Bij Hamburg moet ik altijd aan de Reeperbahn tijdens mijn diensttijd denken én aan de voetbalclub HSV. Het eerste leek me geen geschikt onderwerp, dus zei ik in mijn beste Duits: ‘Ahh, Hamboerk, Ha-eS-Vouuwww!’ Dat bleek een voltreffer, want de man was groot fan van die club, ooit een topploeg maar inmiddels weggezakt naar lagere regionen. Iets waar hij behoorlijk de smoor over in had, lichtte zijn vrouw lachend toe. Aangezien wij Holländer waren, leek het hem nu kennelijk wel aardig om over Raphael van der Vaart te beginnen, de Nederlandse voetballer die in zijn hoogtijdagen een tijdje voor deze Duitse club uitkwam. ‘Ahh ja, das war einmal,’ zei ik, opnieuw in mijn beste Duits.
Op het bergstation aangekomen, namen we afscheid van elkaar. Onze mondkapjes mochten weer af. Blij toe, want ze waren lang niet zo cool als die van de Hamburgers.
zaterdag 22 augustus 2020
Wild Tales
Trailer zien? Klik HIER
woensdag 19 augustus 2020
Edelweiss
Om dit beeld ietwat te verduidelijken moet je eigenlijk even de Haagse Schilderswijk of het Utrechtse Kanaleneiland voor ogen hebben. Welnu, stel je daarna het tegenovergestelde voor en je bent weer in 'onze' Tiroolse regio met zijn almen en bergtoppen, zijn edelweiss en bergmarmotten. Iedereen is hier wit en spreekt een Indo-Germaans taal; niemand schreeuwt of rapt; nergens schotels; de seksen zijn gelijkwaardig; een schattig spits kerktorentje is de enige religieuze uiting; jeugd rijdt rond op ATB's en niet op scootertjes; geen mens rochelt, spuugt op de grond of dumpt afval; nergens etnische onvrede, boosheid of misdaad. Kortom, van een multiculturele samenleving heeft men hier nog geen last. Ik gun de bewoners dat het zo blijft. En ook hun gasten. Ons dus.
![]() |
Bovenop de Gaislachkogel. |
vrijdag 7 augustus 2020
Het paradijs
Natuurlijk reis ik niet echt, ik zou wel gek zijn. Nodeloos reizen - toerisme dus - is een hopeloos achterhaald concept. In plaats daarvan zit ik in een makkelijke (tuin)stoel en lees ik De Gelukkige Eilanden van de vermaarde reisschrijver Paul Theroux. De Amerikaan brengt de wereld naar je toe, dus waarom moeilijk doen. Wat mij tijdens 'mijn' trip het meest bevredigt is dat Theroux de Stille Zuidzee presenteert zoals ik al vermoedde hoe het er in die regio momenteel aan toegaat. Hij bevestigt namelijk dat het e-nor-rum tegenvalt. Jazeker, Nieuw-Zeeland, Australië, Nieuw-Guinea, Vanuatu, Solomon, Fiji, Tonga, Cook, Samoa, Tahiti, Paaseiland, Hawaii en al die andere eilandengroepen of atollen in Melanesië, Micronesië en Polynesië, ogen zonder meer paradijselijk. Helaas zijn ze sterk vervuild en hun bewoners niet altijd oké. Alcoholisme, overgewicht, geweld, racisme en discriminatie (kennelijk toch geen witte privileges), godsdienstwaanzin dan wel ridicuul bijgeloof, grove aantasting van flora en fauna, lamlendigheid, hebzucht, een keihard klassenstelsel, et cetera, zijn er troef. En over hun bezoekers - toeristen, cruisepassagiers - kun je maar beter helemaal zwijgen. Daarom is het zo fijn door dit paradijs te reizen zonder er te zijn. Een beetje avonturier weet dat.
zondag 2 augustus 2020
Hommage
zondag 26 juli 2020
Toonladders
Ah kijk, daar komt een man aan. Hij loopt naar de omgevallen container, die blijkt van hem. Hij beziet geërgerd de rotzooi die half op straat ligt, zíjn rotzooi. Ik ken de man van gezicht, hij woont aan het eind van het hofje. Het valt mij voor het eerst op hoe somber en onverzorgd hij eruit ziet: lijkbleek, oogwallen, ongekamd vettig haar, sloffende tred. Wat weet ik van hem? We zeggen mekaar soms gedag, that’s it. O ja, ik weet dat hij vaak oefende op zijn saxofoon; als je dan langs zijn huis liep hoorde je wankele toonladders. Maar sinds geruime tijd is het er stil. En had hij niet een leuke vrouw en een lief klein kindje? Ook die heb ik al een hele tijd niet meer gezien. Ineens rijst bij mij een berg triestheid op die verband houdt met de lege wijndozen en 's mans tekenen van verval. Maar misschien had hij toch iets te vieren, wat ik dan maar hoop.
maandag 20 juli 2020
Kleurgevoel
Wat ben ik blij dat er geen welstandscommissie voor autokleuren bestaat, zoals we die bijvoorbeeld wel kennen voor woningen, zoals onlangs bleek in Den Helder waar een vrouw haar appelgroene huis van de rechter diende over te schilderen. Toch heeft zo’n welstandscommissie ook nut. Ik moet namelijk aarzelend bekennen dat ik, hoewel ik me bijzonder senang voel bij alles wat groen is, er toch moeite mee zou hebben als mijn directe buurtjes hun gehele woning de felle kleur gaven van mijn autootje - dit vanwege een eventuele waardedaling van mijn eigen pand. Ik ben qua regels dus behoorlijk variabel. Je kunt ook zeggen dat mijn mening sterk gekleurd is, wat vaak voorkomt.
![]() |
De nieuwe(re). |
woensdag 15 juli 2020
Lives Matter
Bij mooi weer, als de tuindeuren openstaan, hoor ik ergens in mijn huizenrij vaak een kanarie zingen. Een prachtig gekweel, maar vrolijk word ik er niet van. Een zingende vogel – hét symbool van vrijheid – in een kooi lijdt ook een zwaar bestaan, maar nu met lange ij geschreven. Een vogel achter tralies is misdadig, iets wat ieder weldenkend mens anno nu zou moeten beseffen.
In het o zo gezellige Brabant zitten ook veel nertsen achter tralies. (Alsmede varkens, enzovoorts...) Ook zij hebben nooit vrijheid gekend. Na een monsterlijk leven te hebben geleden - dus niet geleid - worden ze uiteindelijk verwerkt tot luxe. Ach, konden kanaries, nertsen en al die andere traliedieren maar een écht leven leiden (met korte ei), net zoals sterns in de lucht en visjes in vrije wateren.
We worden tegenwoordig om de oren geslagen met kreten als Black Lives Matter of All Lives Matter. Maar het lijkt er veel op dat men daarbij slechts doelt op één diersoort.
![]() |
Stern of visdiefje |
vrijdag 10 juli 2020
Babylon
Ik parkeerde mijn autootje op de IJsselkade, vlakbij het historische centrum. Maar parkeren is ook hier allang niet meer eenvoudig dus moest ik dealen met zo’n nieuwerwetse parkeermeter. Helaas ging dat ding mijn verstand te boven. Gelukkig parkeerde op dat moment vlakbij een sympathiek uitziende dame die ik dan ook meteen om hulp vroeg. ‘O, maar dat doe ik altijd met mijn smartphone,’ klonk het vriendelijk. Ik legde haar uit dat ik hier vreemd was en bovendien op digitaal gebied een kluns. ‘Geen probleem, ik help u wel even,’ zei ze kordaat waarop ik haar wel kon zoenen, ware het niet dat mijn begeleidster ons van een afstandje streng gadesloeg. Samen voorovergebogen bij de parkeermeter, instrueerde de bereidwillige vrouw me welke data ik in moest tikken en hoe de betaling verliep. Na wat gerommel floepte het gewenste bonnetje er uiteindelijk uit. ‘Wat had ik zonder u gemoeten,’ zei ik o zo charmant waarna we vrolijk afscheid namen. ‘Veel plezier in ons mooie Kampen,’ riep de schat me guitig na.
Goed gemutst wandelden we het sfeervolle centrum binnen van deze oude Hanzestad met zijn scheefgezakte gevels, streng ogende kerken, zijn vermaarde theologische universiteit, kunstacademie, intieme pleintjes, plantsoenen en gezellige terrassen waarvan we eentje uitkozen om te proosten op al dit fraais. Twee uur later, weer terugwandelend naar de IJsselkade, kwamen we - wat een toeval - ergens in een steegje mijn 'parkeerhulp' opnieuw tegen. Ze stapte, voorzien van zonnebril en glimlach, op me af en vroeg of ik hier misschien bekend was. Gezien ons eerste conversatie bij de parkeermeter ging ik ervan uit dat ze een grappig toneelstukje opvoerde dus trachtte ik ook vlot en amusant uit de hoek te komen, want ik ben graag de leukste thuis. Hartstikke fout, het bleek een vet misverstand. Deze dame léék namelijk veel op de parkeer-mevrouw-van-daarstraks, maar was het niét. Gevolg: een absurde spraakverwarring in Kampen, het Babylon van Overijssel.
zaterdag 4 juli 2020
Stadium 4
donderdag 25 juni 2020
Sales advisor
Na mijn proefritje in een mij aantrekkelijk ogende occasion (die overigens niet in de showroom stond te glanzen maar op het minder gelikte buitenterrein) nodigde de verkoper - op zijn visitekaartje stond sales advisor - mij uit aan zijn bureau plaats te nemen, waarbij hij mij vanzelfsprekend direct koffie ‘of iets anders’ aanbood. Tijdens mijn proefrit had hij mijn autootje op waarde getaxeerd en nu zou hij met zijn voorstel komen, wist ik. Het financiële plaatje, zo omschreef de sales advisor het zowel clichématig als doeltreffend.
‘Kijk, ik zie graag een blije klant want een auto is toch ook een stukje emotie.’ Ik zou de man graag aan zijn foute stropdas over zijn desk getrokken hebben, maar dat soort emotie bedoelde hij vast niet. ‘Daarom mijn vraag: maak ik u blij met dit voorstel?’ ging de verkoper verder waarbij hij, devoot kijkend, mij zijn financiële voorstel over het gepolitoerde bureaublad toeschoof.
Lang verhaal kort: we werden het eens en ik tekende een koopcontract. Maar echt blij was ik niet, want ik had vooral instant verdriet dat ik zojuist mijn oude, zo beminde torretje van de hand had gedaan. De sales advisor was tergend glad, maar had volkomen gelijk: auto’s zijn emotie.
donderdag 18 juni 2020
Ceanothus
Die ogen bleef ik voor me zien tijdens mijn zoektocht naar de Ceanothus thyrsiflorus, oftewel een Amerikaanse sering. Deze struik blijft ‘s winters groen en bloeit in het voorjaar prachtig lichtblauw. Helaas bleek die Ceanothus in dit tuincentrum uitverkocht. Toen ik even later onverrichter zake mijn karretje weer wilde inparkeren, merkte ook ik dat dat nog niet meeviel. Slechts na het nodige geduw en getrek lukte het. Maar ik voelde geenszins de behoefte om kut te roepen, want zoiets was wel het laatste om je druk over te maken, wist ik dankzij een kale vrouw met mooie ogen.
woensdag 10 juni 2020
A dirty mind
donderdag 4 juni 2020
Racisme
Onlangs werd in Amerika een man op gruwelijke wijze mishandeld door een politieagent, en wel zodanig dat hij eraan overleed. De agent verdient daarmee een zeer zware straf, punt. Maar daar bleef het niet bij. Even later kwamen wereldwijd mensen tezamen om te protesteren, soms braken er onlusten en plunderingen uit. Dé reden was dat de politieagent wit was en de arrestant zwart. Als de politieagent of de arrestant een andere huidskleur zou hebben gehad, dan betrof het een lokaal akkefietje, maar dat terzijde.
Over de kernvraag van deze brute wandaad hoor ik vreemd genoeg (nog) niemand, want daarvoor zou je in het hoofd van de politieman moeten kunnen kijken. Die vraag luidt: heeft hij de man zo mishandeld omdat hij zwart was? De agent kan namelijk ook ‘gewoon’ zeer gewelddadig van aard zijn, of wreed, of sadistisch, of een ontzettende lul. Maar daarover is, naar mijn weten, tot dusver niets bekend. Toch vulde de openbare ruimte zich razendsnel met boze burgers die vol inzetten op racistische motieven.
De open zenuw ligt natuurlijk in de historische context. Zwarte mensen werden/worden vaak openlijk gediscrimineerd, mishandeld of anderszins racistisch bejegend, zeker in de VS. Voor rode, bruine en gele burgers gold/geldt overigens hetzelfde. Maar als nu een witte politieagent een zwarte man mishandelt dan is dat, hoe verschrikkelijk ook, nuchter bekeken niet automatisch een racistische daad. Daar direct van uit gaan getuigt van een beschuldigende aanname van 'wit racisme' bij de agent. Zolang niet vaststaat dat de huidskleur van zijn slachtoffer een rol speelde in het brein van deze gewelddadige diender, kun je stellen dat al die woedende demonstranten, waar ook ter wereld, zich schuldig maakten aan iets waar ze juist fel tegen zijn: racistisch denken en etnisch profileren. Vandaar mijn eerste alinea.
zondag 31 mei 2020
Helletocht
Na allerlei jubelberichten omtrent Oscars en Golden Globes en de bijzonderheid dat deze film uit slechts één take bestaat (wat niet zo is), hield ik rekening met teleurstelling. Dat was gelukkig niet het geval: ik vond '1917' sterk, intens en vol van bijzondere sferen. Wat de film gelukkig niet voortdurend toont, is de beruchte horror van de loopgraven en het prikkeldraad; er wordt zelfs relatief weinig in geknald en gemoord. Waar je als kijker veel meer van meekrijgt, is hoe smal het front in De Grote Oorlog vaak was, en dat het buiten die zone des doods al snel (dreigend) stil was. De film speelt zich deels daar af, aan de periferie van de slagvelden, ergens tussen killing fields en Noord-Franse land. De twee belangrijkste karakters zwoegen tijdens hun gevaarlijke missie - een ware helletocht - door die vaak kapotgeschoten verlatenheid. Ze lijken los van de wereld, weg van de andere soldaten, ontkoppeld van de massa. De twee zijn eenzaam, klein en bang, maar toch soms ook opvallend nuchter en ‘best wel' dapper. En ze hebben grote haast, want...
Regisseur Sam Mendes en zijn team hebben dit verhaal bijzonder fraai vormgegeven, onder andere door middel van indringende muziek en grafisch lichtspel. Oké, het zal niet ieders kopje thee zijn, en sommige scenes zijn echt een tikkie over the top, maar wie een hapje van de bijzonder soldatensfeer wil proeven in die absurde WO1, in zowel de loopgraven als de verlatenheid daar net buiten, is ‘1917’ een heuse aanrader. Ondanks die Oscars en Golden Globes.
Benieuwd? Klik HIER voor de trailer, ofschoon die vooral strijdfragmenten toont en niet zozeer datgene wat de film volgens mij zo bijzonder maakt.
donderdag 28 mei 2020
Misogynie
Vanochtend had ik er zo eentje voor me die, nadat ze de caissière haar mening had gegeven over de nieuwste EU-begroting, uiteindelijk dan toch maar op zoek ging naar haar beurs. Na een theatrale zucht bleek die thuis te liggen, met gevolg dat al haar boodschappen weer uitgeboekt moesten worden. ‘Sorry hoor,’ zei ze lachend tegen het rijtje achter haar, waarop ik mijn denkbeeldige machinepistool doorlaadde.
Misogynie. Excuses dames, ze is er soms.
vrijdag 22 mei 2020
Hemelvaart
Het moge duidelijk zijn dat dit verhaaltje geen enkele diepte bezit. Maar lome zomerse strandtaferelen kunnen makkelijk zonder. Zelfs op de dag dat Jezus ooit ten hemel voer.
vrijdag 15 mei 2020
Schompes
Twee dagen later stond ‘de man van 100’ in mijn tuintje. Hij zag er uit als een Schotse rugbyspeler en was ook nog eens bewapend met twee scherpe spaden plus een indrukwekkende bijl. Maar de bamboestruik gaf zich niet snel gewonnen. De rugbyspeler transformeerde binnen vijf minuten tot een zwaar zwetende zwoeger. Het kostte hem bijna anderhalf uur om de struik met wortel en al af te voeren. En ik? Ik zat me in ledigheid te verbijten, want weinig is zo ongemakkelijk als nutteloos rondhangen terwijl iemand anders zich voor jou het schompes werkt.
Ineens wist ik weer waarom ik nooit (goed) leiding heb kunnen geven of personeel in dienst zou willen. 'Mensen boven me' vond ik eveneens drie keer niks, maar dat terzijde. Waar ik echter nog meer van baalde, was de woekerende bamboe in mijn tuin. Had ik maar een panda.
![]() |
Links, naast de schutting, stond de bamboestruik. Nu rest er een kale plek. Trouwens, door de droogte ziet het gras er ook niet uit. |
zondag 10 mei 2020
Apezuur
Gisteren liep ik enkele meters achter zo'n stel aan: een puberjoch dat naast een aangelijnd asbakkie wandelde. De jongen oogde weinig opvallend, had eigentijdse looks: opgeschoren achterhoofd, hoodie, jeans met de juiste scheurtjes, sneakers van het juiste merk. Toch had deze knaap iets extra's, maar wat? Mijn kwartje viel: pubers die hun puistengrot (moeten) verlaten om de hond uit te laten, doen dat meestal neuzend op hun smartphone, anders vervelen ze zich het apezuur tijdens het korte loopje. (Niet zelden geldt dat ook voor hun opvoeders.) Maar niét deze jongen. Integendeel, al zijn aandacht ging naar zijn hond. Ik hoorde zijn stem vol warmte omhoog krullen terwijl hij ‘Chip kom’, ‘goéd zo’ en ‘braaf’ zei. Chip kwispelde onafgebroken en keek om de paar meter verwachtingsvol op naar zijn jonge baasje. Anders dan veel van zijn leeftijdsgenoten, leek dit bijzondere joch er dan ook juist eentje die uit eigen initiatief een eind met de hond ging wandelen, zomaar, er even uit zonder schermpje. Paradijsvogelkuikens zijn uiterst zeldzaam.
zaterdag 2 mei 2020
Tail gunner
Onvoorstelbaar: als jong volwassene kreeg je toen zomaar de verantwoordelijkheid over een kist met bommen om die vervolgens op goed geluk - in het pikkedonker - ergens boven een Duitse stad vol doodsbange burgers te dumpen. En dat in een zinloze wereldoorlog die indirect het gevolg was van een al even zinloze wereldoorlog ruim twee decennia eerder, die op zijn beurt weer het gevolg was van een zinloze moord op een Oostenrijkse aartshertog, enzovoort enzoverder. Terwijl ik daar bij die graven stond te mijmeren kwam alles, ja werkelijk alles, mij plotsklaps uiterst zinloos voor. Gek genoeg voorzag dit geniale inzicht me terstond van de nodige lichtheid in mijn meestentijds door schaduwen bevlekte bestaan. Ofschoon zinloos, banjerde ik opgewekt verder over de door fraai strijklicht beschenen dodenakker.
dinsdag 28 april 2020
Boemerang
Australië, want daar speelde zich deze scene zich dertigduizend jaar geleden af, was destijds veel groter. Doordat het zeeniveau in het Plistoceen tientallen meters lager lag, was dit continent nog vergroeid met Nieuw-Guinea en Tasmanië. De afstand tot zuidoost-Azië – nu bekend als Indonesië – was dan ook kleiner zodat van daaruit bovengenoemd groepje de oversteek in nietige notendopjes kon maken. En daar stonden ze dan, de anonieme ontdekkers van een nieuwe wereld die tot dan slechts bevolkt was door buideldieren, vogels en reptielen. Vanaf deze landingsplek, in het noordwesten, niet ver van het huidige Darwin, zouden ze zich verspreiden over de onmetelijke ruimte, door dichte oerwouden, rode woestijnen en stoffige laagvlakten. Pas twintigduizend jaar bereikten ze de overkant van de landmassa, het zuidoosten, daar waar Sidney nu ligt. Weer tienduizend jaar later, in 1770, zouden ze alhier voor het eerst zeilen aan de horizon zien verschijnen - het betrof de Britse bark HMS Endeavour van captain James Cook - wat tevens het begin van het einde inluidde van de Aboriginals, zoals ze door de bleekwitte nieuwkomers zouden worden genoemd. De neergang van een bijzonder soort mens diende zich daarmee aan, een volk dat zich in de voorbije dertigduizend jaar amper ontwikkelde, geen goden vereerde, slechts uiterst povere kunst en cultuur naliet, geen hiërarchie kende, nauwelijks onderkomens bouwde of bezit nastreefde, dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld de veel expressievere Maori's en Polynesiërs. Nee, de oude Aboriginals brachten hun dagen voornamelijk door in rauwe ledigheid, starend naar de vlakte, luisterend naar zoemende insecten, de wind, de ruis van een rivier - slechts bij honger gingen ze op jacht, las ik ergens. Je zou kunnen stellen dat dit volk door zijn lethargische levensstijl weinig bijzonders doorgaf (boemerang en didgeridoo zijn uitzonderingen) en de aarde dus nauwelijks met iets opzadelde. Zo bezien lijken me deze mensen uniek, zo niet briljant.
donderdag 23 april 2020
Vervanging
Lang verhaal kort: gretig bestelde ik online een nieuwe stofzuiger. Hiermee bewees ik meteen hoe knap het bedenksel ‘vervangingsweken’ was en hoe sneu ik als consument hapte. Wat speurwerk achteraf toonde immers aan dat de actieprijs waarmee deze elektronicawinkel mij over de streep had getrokken, nauwelijks verschilde van de reguliere prijzen bij de concurrentie. Maar goed, dat was het punt niet, mijn ouwe stofzuiger was gewoon aan vervanging toe. En zijn gebruiker gaat zoetjes aan dezelfde kant op.
zondag 19 april 2020
First Dates
Mijn plezier zit ‘m vooral in de domheid van de deelnemers, want dat zijn ze stuk voor stuk, iets wat overigens weinig met opleiding te maken heeft. Grofweg kun je deze 'domme' liefdeszoekers in twee categorieën opdelen: naïeve jongeren en simplistische ouderen. Hun stupiditeit wordt uitvergroot doordat beide categorieën één ding gemeen hebben, ze willen graag met hun onzalige hoofden op de treurbuis, oftewel exposure, in goed Nederlands. Ook zijn deze deelnemers bereid om tussen het smakken door, elkaar – en ons, kijkers – hun levens op te biechten en van commentaar te voorzien waarbij ze natuurlijk pogen zichzelf zo goed mogelijk af te schilderen. Een en ander bezorgt mij kleffe smeuïgheid in deze tijden van dorre isolatie. Of lockdown, in goed Nederlands.
woensdag 15 april 2020
Serendipiteit
Wie het niet eens is met deze onwetendheids- of toevalsfactor nodig ik graag uit een eeuw terug te reizen, naar de gezondheidszorg in 1920. En huiver. Ook toen hadden artsen een zeer hoge status, maar naar onze maatstaven waren hun praktijken destijds buitengewoon onhygiënisch, de diagnoses uit de lucht gegrepen, behandelingen barbaars, therapieën stompzinnig (en ook barbaars) en van antibiotica had men nog nooit gehoord. Welnu, zo kijkt men in 2120 ook naar onze hedendaagse zorg. Geloof me, over een eeuw (maar waarschijnlijk veel eerder, want technische ontwikkelingen volgen elkaar steeds sneller op) vertelt men elkaar horrorverhalen over de artsenij van nu. Nee, doktoren zijn beslist niet heilig. Net als veel anderen zijn het slechts beroepsmatige roeiers, met de riemen van het moment.
donderdag 9 april 2020
Bouwstenen
Ik koos ervoor de zooi over speciale nylon waszakken te verdelen en mieterde deze vervolgens in de vaatwasser. Dat werkte prima, alles werd schoon, maar daarmee was ik er niet. Ik kwam er namelijk achter hoe lang kunststof, en zeker LEGO, vocht vasthoudt. Al die hoekjes en holtes bieden waterdeeltjes immers een schuilplek waar zowel Anne Frank als Osama Bin Laden stikjaloers op zouden zijn geweest. Dus moest ik na de wasbeurt al die minuscule bouwsteentjes weer over allerlei lekbakjes verdelen, maar ook dat werkte niet helemaal. Daarom verspreidde ik het spul op theedoeken buiten op het terras om zon en wind het droogwerk te laten voltooien. Afijn, dat hele proces kostte me twee dagen. Maar omdat ik een waarlijk fantastische kerel ben deed ik dat graag. Uiteindelijk gaf ik de bouwsteentjes met liefde door aan volgende generaties. En die zullen waarschijnlijk hetzelfde doen aan de generaties na hen. Enzovoorts.
LEGO is oersterk en overleeft ons allemaal, wat ook te denken geeft.
zondag 5 april 2020
Rücksichtslos
Heydrich was minder bekend dan collega’s als Göring, Himmler en Goebbels, maar hij was wellicht de meest ijzingwekkende van allen. Zijn bijnaam Het Blonde Beest zegt voldoende. Als geen andere invloedrijke nazi was hij behept met Arische utopieën. Het kwam erop neer dat er één hoogwaardig volk was, de Germanen, grofweg de bewoners van noordwest Europa met hun fiere lengte, blonde haren en blauwe ogen, niet toevallig Heydrichs eigen fysieke kenmerken. De rest - Joden, Slaven, zigeuners en alles ten oosten van het vroegere Pruisen - was hooguit geschikt om Germanen te dienen als dwangarbeider. Het overgrote deel kon echter het beste worden vernietigd. Dit ideaal bracht Heydrich op zijn kenmerkende kille manier in de praktijk, totdat hij in 1942 in Praag om het leven kwam na een bijna mislukte aanslag door het Tsjechische verzet. Een paar dagen later bezweek hij alsnog aan bloedvergiftiging ontstaan uit zijn niet eens zo zware verwondingen. Maar reeds lang voor hij de pijp uit ging had hij in nazi-kringen grote faam verworven door het rücksichtslos scheiden van Übermensch en ‘minderwaardige’ waarna hij zijn vuurpelotons en gaskamers hun grondige werk had laten doen. Zo bezien is het virus veel humaner. Voor hem zijn we allemaal gelijk.
donderdag 2 april 2020
Badr Hari
Pal naast het fitnesstoestel met de drie glanzende gladiatoren stond een kapitale auto geparkeerd, een al even glanzende grafietgrijze Jaguar F-Page. De vier brede portieren van dit bakbeest stonden wagenwijd open zodat een stuwend kaboefff, kaboefff, kaboeffff uit de mobiele geluidsinstallatie over het winderige strandje rondpompte. Kabaal inspireert tot inspanning, zullen we maar zeggen.
Ik vroeg me af hoe ze met die chique kar hier waren gekomen want het strand wordt van een ruime parkeerplaats gescheiden door een metershoge grasdijk. Het kon niet anders dan dat de krachtige Jag over de dijk was gecrosst, misbruik makend van het fietspad. Dat kon natuurlijk nooit de bedoeling zijn van deze locatie, dus leek het mij - toevallig passerende fietser - behoorlijk asociaal wat tevens gold voor de stuwende teringherrie waarmee de heren hun biceps opbliezen. Eigenlijk had ik als brave burgerman de drie Badr Hari's vermanend moeten toespreken dat de wereld niet van hun was. Maar dat durfde ik niet, dus vervolgde ik lafjes mijn weg, kilometerslang achtervolgd door het kaboefff, kaboefff, kaboefff.
![]() |
Kickboksgrootheid Badr Hari © Stef Nagel |
zaterdag 28 maart 2020
Schuldgevoel
Maandenlang fantaseren over dat gelukzalige moment om al rap te merken dat de zonnestralen wel erg warm zijn - té warm. Misschien komt het doordat je winterbleke vlees nog moet wennen. Mogelijk loopt je geest uit de pas met je lijf. Of betreft het onrust? Bij de eerste mooie lentedagen dien je immers volgens je biologische smartwatch je woonstee op te poetsen, het tuingereedschap gevechtsklaar te maken, bomen en hagen te snoeien of op je racefiets te springen. (Op zoek gaan naar een welwillend medemens teneinde een liederlijk paringsritueel op te voeren valt onder dezelfde noemer.)
Aha, dát zal het zijn: een schuldgevoel omdat je in die heerlijke lentezon zit te luiwammesen terwijl er juist nu allerlei acties van je worden verwacht. Daar krijgt een mens het snel (te) warm van. Was het maar november.
donderdag 26 maart 2020
Hart onder de riem
Afgelopen week kwamen Le Frecce Tricolore veel positiever in het nieuws toen een al eerder opgenomen video van ze viraal ging om de Italiaanse bevolking een hart onder de riem te steken in de (nationale) strijd tegen het coronavirus. Een jet – voorstellend het virus – vliegt agressief op het squadron af, maar wordt daarna letterlijk overvleugeld door een strak gesloten formatie die in de Italiaanse kleuren heldhaftig zegeviert. Zeer indrukwekkend, zeker als daaronder de stem van Pavarotti is gemonteerd die het beroemde Nessun Dorma ten gehore brengt. Italianen zijn meesters in dramatiek. Benieuwd? Klik HIER.
dinsdag 24 maart 2020
Gevoeg
Want.
Ineens kun je niet meer in je blote toges door je pand. Ineens moet je de wc-deur zedig achter je dicht trekken als je je gevoeg doet. Ineens zeg je ‘goedemorgen, lekker geslapen?’ terwijl je juist zo graag je dan nog ongepoetste bakkes zou willen houden. Ineens mag je niet meer in al je ontluistering op je eigen bank hangen. Ineens moet je gezellig converseren, ook al zou je het liefst stilzwijgend naar wolkenluchten staren of mijmeren over verloren liefdes. Ineens moet je vaste etenstijden aanhouden, douchebeurten inplannen, je woning permanent aan kant hebben. Ineens moet je 'rekening houden met' terwijl je juist zo gesteld bent op de persoonlijke ebjes en vloedjes die een nogal egocentrisch mens zo comfortabel doen deinen in zijn eigen sop.
Natuurlijk kun je je als gastheer best teweerstellen tegen dit soort ongemakken. Het beste wapen is - zoals altijd - gewoon lekker jezelf blijven en overal schijt aan hebben. Maar ook dán is het raadzaam de wc-deur achter je te sluiten.